Volledige werken. Deel 23. Brieven en dokumenten uit de jaren 1884-1886
(1993)– Multatuli– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 156]
| |
[24 mei 1884
| |
[pagina 157]
| |
mijne erven behoort te trekken. Ge zoudt U zelven anders noodeloos schade berokkenen en niemand zou U dank weten voor eventueel verzuim. Hierbij nu de f440. - Moet ik nog altijd voortgaan met die f60. - aan N. Fribourg? Noodig heeft de vrouw ze wel maar onmisbaar zijn ze niet voor haar, want zoodra ze geen inkomsten genoeg heeft om het hofje te blijven bewonen, wordt zij in 't Oude Vrouwenhuis opgenomen en daar heeft ze volledige verpleging. Zoo Ge dus goedvindt haar los te laten, laat mij dat dan maar verder behandelen. Bij ons gaat alles wèl. De kinderen ontwikkelen deels goed deels redelijk en zijn vroolijk en gezond. Vrouwlief tobt nog wel als vanouds met hare migraine maar blijft overigens die zij was. Woning en zaken laten niets te wenschen over zoodat we heel licht dankbaar kunnen zijn. Van vriend Zürcher hoor ik maar zelden. Wàt er eigenlijk tusschen hem en zijne vrouw gebeurd is weet ik niet, maar 't schijnt wel van dien aard dat een vrede-herstel vooreerst niet aan de orde kan komen. Of Z zal doorzetten met zijn studie? Ik hoop het, maar tot nog toe is zijn levensplan zóó dikwijls gewijzigd dat ik er niet voor zou durven instaan. Ook vrees ik zeer voor zijn vermogen indien hij 't niet heel vast gaat beleggen. Het ‘never mind’ is te veel zijn lijfdeun geworden! Ik wou dat hij twee jaren onder Uwe krachtige leiding bleef, dàn eerst zou hij stof genoeg hebben gevonden om weêr lust in 't leven te krijgen en zou ik 't zeker achten dat hy iets werd in de maatschappy. Nu beste Dekker sluit ik voor ditmaal. De zaterdag morgen geeft mij veel drukte. Wees recht hartelijk met Mimi gegroet en leeft zoo gelukkig maar mogelijk is. Uw vriend G L Funke
Quintus is een onzer Redactieleden en wel P. van der Goot. Zijn hoofdtaak is 't schryven van 't Buitenlandsch nieuws. |
|