[22 mei 1884
Brief van Mimi aan C. Bremer-Snelleman]
22 mei 1884
Brief van Mimi aan mevr. C. Bremer-Snelleman. Dubbel velletje briefpapier, waarvan blz. 1-2 beschreven. (M.M.)
Nieder Ing 22 Mei 1884
Lieve Christine - ik weet heusch niet anders te doen dan maar eens spoedig te antwoorden op je briefje dat ik heden morgen ontving! Wel wel heb ik 't zoo bont gemaakt, en was myn laatste van 27 febr? - Maar weet je wel dat ik van jou sedert dien datum ook maar één brief ontving? en daar stond juist een en ander in waarop ik niet wilde antwoorden, om niet breed te worden en zwaar op de hand - en zoo kwam het uitstel - en daar ik een slechte schryfster ben - ik meen daar ik niet houd van brievenschryven - omdat alles me zoo lang wordt op 't papier - omdat men zich zoo dikwyls slecht uitdrukt en verkeerd wordt begrepen - nu dan, een en ander, alles te samen deed my 't schryven uitstellen. maar je mag er niet boos om zyn, jezelf bent ook zoo'n briefschryfster niet! Ik verheug er me veel meer op dat je dezen zomer hierkomt. dan zullen we praten, dat is beter dan schryven. en ik ben bly dat je vacantietyd dit jaar zoo vroeg is. - Dek is erg en erg gedrukt. dit maakt myn stemming ook niet rooskleurig. en Wou ofschoon onze schat, geeft ons ook allerlei zorgen, ik meen voor zyn opvoeding. met het huis is nu niets aan de hand - en al 't oude lieve, zal ik je vertellen als ik je zie. waar ik me zeer op verheug. heusch! in