[4 april 1882
Brief van E. Douwes Dekker Pzn. aan F. van der Goes]
4 april 1882
Brief van E. Douwes Dekker Pzn. aan F. van der Goes. Enkel velletje postpapier, waarvan blz. 1 en 2 (⅔) beschreven. (I.I.S.G. Amsterdam; fotokopie M.M.)
WelEd. Heere F. van der Goes
Amsterdam
WelEd. Heer!
Haag 4 April 1882
Als eerste resultaat eener correspondentie met den Heer L.A. Beausar te Schiedam die welwillend op zich nam daar eenige circulaires van Uw Hoofdcomité te verspreiden ontving ik van ZE. opgaaf als volgt van de namen van inwoners van Schiedam aan wie nog nader zoodanige circulaire zou kunnen worden geadresseerd
J. Lechner |
A. Rijnbende |
M. Bado |
J. Loopuyt |
A.W. Mulder |
Dr. C.J. Vaillant |
J.R. Boeye |
P. Brillenburg |
Dr. L.J. Delbaere |
J. Steynis Gzn. |
Dr. N.M. Kam |
A.B. Meilink |
A.H.E. Tijl |
H.W.M. Roelants |
J.A. Rodi |
Daar mijn voorraad circulaires is uitgeput en ik bovendien niet weet of aan een of eenige dier Heeren reeds vanwege Uw Comité brieven gezonden zijn, kom ik met bedoelde opgaaf tot U, U in overweging gevende om of aan mij ter doorzending nog een vijftiental exemplaren toetezenden of wel regtstreeks vanwege Uw Comité om aan elk der genoemde Heeren, die er nog geen ontvangen hebben mogt, een exemplaar te doen geworden. Met belangstelling den uitslag Uwer pogingen tegemoet ziende teekent hoogachtend
UEd dienstw dienaar E. Douwes Dekker Pzn.