[9 januari 1880
Brief van Multatuli aan Fam. De Haas en De Wolff]
9 januari 1880
Brief van Multatuli aan J.H. de Haas, diens echtgenote, H.C. de Wolff en diens echtgenote. Enkel velletje postpapier, waarvan blz. 1 en 2 (¼) beschreven. (M.M.)
Gouda 9 Januari 80
Waarde Hazen & Wolven!
Ik ben eergister avend hier blyven stoppen om niet in de Rotterdamsche drukte te vallen, daar ik me erg zwak voel. Ook wil ik om diezelfde reden morgen zoodra mogelyk weer weg. Ik zie erg tegen m'n tournée op, en als ik me te veel uit, gaat m'n denkvermogen bankroet. Ik heb toch al zooveel te klagen over m'n hersens. Neemt asjeblieft nu dit kleine teeken van leven voor lief. Ik denk na den 16n 'n paar dagen te Rotterdam te komen en dan kom ik Ulieden terstond opzoeken.
Allemaal hartelyk gegroet
tt
Dek
Ik zal spreken over... ‘slechte tyden’ en de oorzaken daarvan, maar de drommel haal me als ik raad weet tegen die ‘slechte tyden’ en veel kan dus m'n voordracht niet beteekenen. Ik neem 't niemand kwalyk als-i thuis blyft. Als ik zelf niet moest ‘optreden’ deed ik 't ook.