Volledige werken. Deel 19. Brieven en dokumenten uit de jaren 1878-1879
(1989)– Multatuli– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 886]
| |||||||
geheel beschreven. (M.M.) Het gedrukte kopje Chr. Brugma, Hôtel Weimer, Rotterdam, is doorgestreept. Tiel, 12 April 79 beste Haspels, Straks ga ik met de boot naar Nimwegen waar m'n vrouw by den Heer Versluys logeert (d.i. te Berg en Dal by Nimwegen) en daar zal ik blyven tot ik vertrek om den 15n savends op m'n post te Zaandam te zyn. Dank voor je brief van gister. Ik heb nota genomen van:
Kyk, dat het haperen zou met den publieken groet dien ik U had willen toeroepen, lag me als 't ware in 't gemoed. Vandaar dat ik V.Z. opdroeg U te vertellen hoe ik te Nimwegen verhinderd was het noodige te telegrafeeren. Heeft Le Gr. U van die telegram niets meegedeeld? Ik was te Nimwegen suf en ziek. En nog ben ik niet wel. Hier bleef ik 2 dagen met het plan om eens terdeeg te zweeten, maar 't is niet goed gelukt, althans de pyn in den rug is niet veel minder. Het verveelt me nu langer hier te blyven. - Ik moet berusten in de zaak van Breda. Het spreekt vanzelf dat my de ongegronde verdenking leed doet. Dit gevoel is zeer pynlyk. Doch ligtvaardig was m'n oordeel niet. Er blykt dat ik ongelyk had, maar ik kan me verantwoorden over de oorzaken van m'n ongelyk. Begrypen doe ik de zaak nòg niet. - Gelyk uit 'n afgegeven bewysje blykt heb ik van V.Z. na de lezingen te Nimwegen, Gorkum & Tiel, 550 gl ontvangen. Wilt ge nu zoo goed zyn my zoodra het U schikt, de eindafrekening van 't vorige te zenden! Te Berg en DalGa naar eind1. by Nimwegen blyf ik slechts tot Dinsdag ochtend, dàt helpt u dus niet aan 'n adres, doch daarnà is m'n adres op de u bekende plaatsen Zaandam, Zaandyk & Purmerend. Ik moet nu, helaas aan 't overleggen gaan wat ik met m'n zoon | |||||||
[pagina 887]
| |||||||
doen moet! Om de moeielykheden te verdeelen, heb ik 't nemen van maatregelen uitgesteld tot na afloop van de voordrachten. Dat oogenblik nadert nu. Ik zie er tegen op en hoogst waarschynlyk moet ik 't geheele saldo van m'n tobben ten offer brengen! Een nieuwe campagne (in November dan?) zal noodig zyn. In godsnaam! Behalve die zaak, wurm ik nog met 'n paar andere dingen die me in den maag zitten. Als eens deze of gene (dezen of genen) in 't Publiek, op z'n engelsch of amerikaansch of zelfs op z'n fransch, 'n 20,000 billetten hadden genomen, zou er wat meer waarde te hechten zyn aan zeker soort van ‘opgang’. By 't applaudisseeren en de blyken van hartelykheid denk ik wel eens: diezelfde menschen hebben geprotesteerd tegen de duurste (1.50!) van de entreebilletten. Of liever zulke gedachten komen later in my op. In die oogenblikken van schynbare hartelykheid denk ik daaraan niet. En dat ik inderdaad veel liefs en goeds ondervind, is waar. Van U byv. in de eerste plaats! Dag beste hartelyke kerel! Uw liefh Dek
Ik zal den heer Vis antwoorden.Ga naar eind2. - Het stuk in den Rotterdammer over Othello heb ik gelezen. Die referentGa naar eind3. moest eens zoo'n stuk in 't Buitenland (Duitschland, byv.) zien vertoonen. Dan zou hy minder du haut de sa grandeurGa naar eind4., de opvoering redelykjes vinden. Wiesbaden o.a. heeft een K.K.Ga naar eind5. gesubsidieerd theater, en dat haalt niet by Uw gezelschap! Ik zeg dit nu niet bepaald met het oog op den Othello (daar ik uw voorstelling niet bywoonde) doch in 't algemeen. Ge werkt voor 'n ondankbaar Publiek dat veeleischend is uit onkunde. Hartelyk gegroet van uw oprechten vriend DD.
Wilt ge het omhaalde ergens publiceeren? Best. |
|