Volledige werken. Deel 19. Brieven en dokumenten uit de jaren 1878-1879
(1989)– Multatuli– Auteursrechtelijk beschermd[20 februari 1878
| |||||
[pagina 162]
| |||||
zal zeer goed voor hem zyn, en hem bezighouden ook, want leegloopen is 'n pest! Maar ze schryft dat ze nog ‘schor’ is. Ik weet niet in hoever de dokter haar toestaat naar Keulen te reizen, &c. Dat moet ik haar vragen. Doch aan U en Uw vrouw vraag ik, of ge uw ventje, als m'n vrouw hem te Keulen komt afhalen, voor 'n tydje wilt afstaan? Als ik dàt weet, kan ik met haar afspreken. Voor 't behoorlyk begeleiden naar Keulen, weet ik raad. En zeer goed! Want, ik heb vandaag 'n geniestreek begaan, o goden! Dat had ik eerder moeten verzinnen. M'n gewezen uitgever de heer C. van Helden is op 't oogenblik buiten betrekking. Hy is trouw, hartelyk en my zeer genegen. Bovendien doet hy 100 zaken met gemak die my zwaar vallen (byv. 'n brief toelakken). Kortom, van Helden heeft zich, zonder iets te verzuimen, ter myner beschikking gesteld. Op dit oogenblik reeds is hy uit, om voor my allerlei kommissies te doen die als ik ze zelf deed, me half gek maken. Alzoo: wees zoo goed, (gy heeren Le Gras, Van Zuylen & Haspels... en zeg 't voort!) den heer Van Helden te erkennen naar behooren. Hy is volkomen vertrouwbaar, natuurlyk op dat ééne hoofdplan naGa naar eind1., dit verzeker ik U. Ikzelf begryp niet dat ik hieraan niet eer gedacht hebt. Je zult zien dat ik opknap. Al wat ik 's avends verzin, schryf ik op 'n lystje, zend het hem met de eerste bestelling, en 't is gedaan voor ik (3 uur na 't opstaan, trouwens) wakker ben. - Nog weet ik niet of ik van avend of morgen vroeg naar Leiden ga. Ik denk morgen vroeg. De lyst der voordrachten is akkoord
Van Helden zal zorgen dat ik overal op z'n tyd ben, kaartjes nemen &c&c. Juist al de dingen waar m'n zwak hoofd niet tegen kan. Hartelyk gegroet tt Dek
Dat aanstellen van Van Helden is me een ware uitvinding! En hy doet alles met hart. Wilt ge zorgen dat ieder dien 't aangaat, ook de beambtes v.d. Schouwburg, het weten? BeschouwGa naar eind2. hem maar | |||||
[pagina 163]
| |||||
zooveel als m'n sekretaris, minus den bluf die er in zoo'n titel liggen zou. |