Volledige werken. Deel 18. Brieven en dokumenten uit de jaren 1875-1877
(1987)– Multatuli– Auteursrechtelijk beschermd[9 december 1877
| |
[pagina 768]
| |
En toch verzoek ik U nog dit briefje te verscheuren. In weerwil van alles breekt my 't hart by de gedachte dat ikzelf 't wezen zou die m'n zoon te schande maak. Hy zal 't helaas, zelf wel doen. Hy is 4 maanden hier geweest, en nu weer vertrokken. Hy zelf weet niet waarheen, geloof ik. Als 'n krankzinnige schopt hy z'n eigen toekomst met voeten. En my vermoordt hy. Spaar me de uitlegging. Weet alleen dat dit sedert lang 't geval was. Daaronder ging en ga ik gebukt. Ik leef in gestadigen angst voor berichten van den ellendigsten aard en ben zoo zenuwachtig dat ik moeite heb de pen te houden. Ik moet, ik zal m'n best doen U tevreden te stellen. Ge hebt er recht op, maar heb in godnaamGa naar eind1. geduld. Ge weet niet wat ik lyd. |
|