Volledige werken. Deel 18. Brieven en dokumenten uit de jaren 1875-1877
(1987)– Multatuli– Auteursrechtelijk beschermdBloemlezing uit Multatuli's werken, door Heloïze. Amsterdam. - G.L. Funke, 1876. 511 bladz. Prijs f2.50.‘Met hoeveel vreugd ik ook de opdracht aanvaardde en volbracht om eene bloemlezing samen te stellen uit de werken van Multatuli, toch heeft het me menigmaal leed gedaan een bloem van zijn stengel te breken, en heb ik dikwyls besluiteloos voor een bloeiend perk gestaan, wel overtuigd dat naar welken tak ik mocht grypen, nooit een deel in staat zou zijn den indruk weer te geven dien 't geheel maakt. Er behoorde eenige moed toe in weerwil daarvan met plukken voort te gaan. Maar ik vermande my, in de hoop dat eene veelzydige verzameling uit al de werken van Multatuli, er 't hare toe mocht bydragen om meer algemeene waardeering op te wekken voor den man, over wien zoovelen oordeelen zonder iets van hem te kennen’. Heloïze.
Ziedaar het geheele eenvoudige voorbericht. Ook mij is het eene aangename taak naar mijn vermogen iets bij te dragen tot rechtvaardiger beoordeeling van den zoozeer verguisden denker en mensch. Daartoe beveel ik met volle gerustheid het lezen van deze bloemlezing al diegenen aan, die nog geene kennis gemaakt hebben met Multatuli's geschriften. Na de lezing van dezen bundel | |
[pagina 533]
| |
met grootere en kleinere fragmenten zullen ze stellig niet allen den inhoud toejuichen, zullen ze tegen veel wellicht groot bezwaar hebben, maar - ze zullen moeten erkennen dat het den schrijver overal om waarheid te doen is. Een zachte geneesmeester is hij niet, voor de wonden der ziel en voor de wonden der maatschappij. Het aangetaste deel tracht hij nooit door eene schijngenezing te behouden, neen - hij zet het af. En wel hoort ge dan in zijne korte, scherpe zinnen de zaag op het gebeente knarsen, en wel noemen lijder en familie, zoowel als de deelnemende omstanders, hem een harteloozen beul; - maar dat is hij niet: genezing is zijn doel. Erger dan voor den zieke is hij voor den schijnheiligen slechtaard, den kouden eigenbelangzoeker, den voozen wereldling, den immer gelijkvloerschen geldverdiener en zoovele anderen. Hen geeselt hij met striemen van den bittersten spot. Of ik ook dat bittere prijs? Geenszins; maar wie den man goed heeft leeren kennen, begrijpt die bitterheid en wacht zich wel er op te smalen. Daarom juist beveel ik ook deze bloemlezing aan, omdat geen kleingeestige hand de ons aangeboden rozen eerst voorzichtig van den dorens heeft ontdaan. Men wane evenwel niet dat scherpte en bitterheid aan alle stukken eigen zijn. Dan ware het geene vrouwenhand geweest die ze bijeenlas. Liefelijke tafereelen als ‘Een menuet op de landkaart’, treffend ware schilderingen als ‘De Luchtschipper’, beide uit het getallen-epos dat Millioenen-studiën heet, wisselen in bonte rij af met losse gedachten als paarlen - neen, liever als vruchtbare zaadkorrels met kwistige hand uitgestrooid. Voor onderwijzers vooral is Multatuli nuttig: alle schoolschheid, alle stelselzucht, alle oppervlakkigheid vindt in hem een heftig bestrijder en - laat ons erkennen dat wij zeer licht aan die gebreken mank gaan. Multatuli is ook en bovenal de advocaat maar tevens de dichter van het gezond verstand. - Dàt kan ieder in hem vereeren, en - dat doen er ook meer dan hij wel denkt. Waar hij op de eerste bladzijden in het langverbeide 3e stuk van het 7e deel der Ideën klaagt over de zeer weinigen die hem openlijk hunne instemming hebben betuigd, vergeet hij dat zeer velen die instemming deelen, maar niet allen in de gelegenheid zijn daarvan openlijk de be- | |
[pagina 534]
| |
wijzen te geven. De herhaalde drukken zijner werken zullen toch wel op een aanzienlijk getal van menschen wijzen, die ze met genoegen lezen. Ik had gemeend een en ander als proeve af te schrijven, maar de overgroote rijkdom der stof doet me daarvan afzien. Wie dit boek koopt, sla maar eerst op blz. 366: Das kommt vom Lesen. J.S. |
|