[7 maart 1875
Onkruid onder de tarwe VIII in Onze Tolk]
7 maart 1875
Van Vloten publiceert Onkruid onder de tarwe VIII in Onze Tolk, no. 23. (U.B. Amsterdam; fotokopie M.M.)
Het artikel is éen ononderbroken polemiek tegen Vosmaer en diens meer hoog- en doordravend dan juist oordeel over Multatuli, en dus via Vosmaer tegen Multatuli zelf. Het slot luidt aldus:
We stuiten altijd weêr bij hem op die zelfbewondering van zijn ‘ongewoonheid’, als mensch en schrijver, die ons zoo onaangenaam bij hem aan-, en de goede zaak, die hij zoo welsprekend voorstaat, zooveel afbreuk doet. Ware hij, van den aanvang af, in allen eenvoud zijn weg gegaan, voor de Javanen in hun verdrukking opgetreden, zonder daarbij zich zelf tevens steeds, met al zijn Aballino-eigenaardigheden op den voorgrond te dringen, en dáárvoor in de eerste plaats onze hulde en bewondering te vergen, in stede om ze als een verderfelijke zwakheid en geheel verouderde hebbelijkheid te leeren bestrijden en overwinnen, dan zou hij werkelijk als ‘een goed en sterk man’ gelijk Vosmaer hem ons wil afschetsen - voor ons staan. Nu zien we het hem juist geheel aan alle zedelijke kracht en sterkte falen, hoe goed hij het, in veel opzichten, meenen mag.