[19 februari 1875
Bericht in het Utrechtsch Dagblad]
19 februari 1875
Bericht in het Utrechtsch Dagblad, no. 50. (K.B. 's-Gravenhage; fotokopie M.M.)
non multa sed multum: weinig, maar goed (lat.)
* - Uit Rotterdam schrijft men ons van den 18. Febr.:
‘Met eenige verwondering zie ik in de laatste aflevering van het tijdschrift van het tooneelverband het bericht, dat de opvoering der Vorstenschool voorloopig is bepaald op 22 dezer. Er werden te dezen aanzien reeds vrij wat tegenstrijdige mededeelingen gedaan en om hen voor teleurstelling te bewaren, die afgaand op bedoeld bericht, zich misschien opgewekt zouden gevoelen hierheen te komen, haast ik mij u te melden dat de dag der opvoering volstrekt nog niet is bepaald. Multatuli is sedert een dag of tien hier en geeft zich ongeloofelijke moeite bij de repetitiën; nu vooral blijkt het van hoeveel gewicht het bij het instudeeren van een goed werk is, dat de auteur in aanraking zij met de akteurs, en niet 't minst komen er détails aan den dag, wier schoonheid bij lezing, ja bij herhaalde lezing u wellicht ontsnapt zijn, doch die in den mond des schrijvers leven krijgen en Multatuli's werk nog meer doen appreciëeren. 't Heeft mij veel genoegen gedaan en zal den vereerders van zijn talent als schrijver voorzeker aangenaam zijn te vernemen, dat den man wiens pad rijker aan doornen dan aan bloemen geweest is, bij zijne aankomst eene ovatie is gebracht, niet luidruchtig, niet door de massa, maar eenvoudig en hartelijk gemeend en daarom des te meer waard. Op den dag der eerste repetitie stonden in den foyer van den nieuwen schouwburg al de dames en heeren van het personeel geschaard, met de direktie aan de spits. Eenige enkelen, op wien het non multa sed multum van toepassing was, waren genoodigd. Toen Multatuli binnentrad, vergezeld van zijn kampioen, mr. C. Vosmaer, werden er fanfares aangeheven, heette de direkteur le Gras hem hartelijk welkom en stelde het personeel aan hem voor. Multatuli hield daarop à l'improviste eene dier toespraken, waarvan men niet wist, wat meer te bewonderen, de keurige gevoelvolle inhoud, de gloed en warmte van uitdrukking of de groote
welsprekendheid.-
Hoe de opvoering zich nu laat aanzien? Wat het heeren personeel aangaat, dit zal goed, ja, misschien zelfs zeer goed zijn. En de vrouwen dan? Teedere vraag!