Volledige werken. Deel 16. Brieven en dokumenten uit de jaren 1873-1874
(1984)– Multatuli– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 287]
| |
Q. in den Arnhemmer: Ingezonden Stuk d.d. 12 december 1870; Zie V.W. XIV, blz. 264.
Wbaden 8 Novr 1873 Waarde funke! Ja zeker begryp ik de gecompliceerde verhoudingen van zoo'n courant! Ik zou er niet toe in-staat zyn, al schaak ik graag. Want zoo-iets is 'n schaakparty. Dit kan niet om dát, dat niet om dít, &c. Zelfs de vraag of De V. goed werkt, doet in zekeren zin niet ter-zake. gesteld van neen, dan nog is de eisch dat ge mét dat bezwaar, toch de boel klaart. Ook zyn taak is niet makkelyk. Alweer gesteld dat-i die niet goed vervuld (wat ik inderdaad geloof) dan nog is 't waarschynlyk dat velen t niet beter zouden doen, en sommigen (ik byv.) nog slechter. Ik zou er finaal onbekwaam toe zyn, zoowel subjectief (ik) als objectief: publiek tegen m'n ikheid.- Ik begryp byv. ook hoe gy, uitgever van Mult, in uw blad Mult.'s werken niet helpen kunt! Dit is 'n zaak van arithmetiek. De Ideën zóóveel bevoordeelende, zoudt ge 't ‘Nieuws’ zóóveel benadeelen. Om dit te wagen, zoudt ge eerst zeker moeten zyn in 'n ommezien van publiek te veranderen. En - al houd ik dit abstract gesproken voor gewenscht - zoo'n verandering geschiedt niet zonder schok. om dan van het tegenwoordig standpunt a dezelfde hoogte te bereiken aan de andere zy, zoudt ge het nulpunt moeten passeeren, 't geen onmogelyk is. Want eerst dáár zynde klimt ge niet weer tot a op. Nul beduidt hier al 't ingesloten kapitaal naar de maan. En zonder kapitaal klimt men niet meer. In tegendeel. Ge zoudt daartoe méér noodig hebben dan vóór de daling, veel meer! Ik houd niet van 't Nieuws. Maar dit kan 'n boer ook wel zeggen. De vraag is hoe men 't zou moeten aanleggen om dat wat er niet goed in zou zyn, te verbeteren? Zyn u eenige wenken welkom, dan zal ik ze u geven, aan U overlatende óf gy ze praktisch plaatsen kunt, zonder | |
[pagina 288]
| |
vat te geven tot de latere beschuldiging dat gy oorzaak zyt van eventueel verval. Misschien is uw (moeielyke!) plicht: onthouding! Meen niet dat ik u aanraad, noch van my wenken te vragen, noch die te willen invoeren. 't Kan zeer wel zyn dat ge u met niets bemoeien moet! Dít is 'n zware taak! Ook moet ik erkennen dat veel van m'n opmerkingen ook op andere kranten van toepassing zyn. Bedenk dat ik alle werk beoordeel naar m'n Idee 30. Ik vraag naar productie-kosten. Vandaar, byv. m'n oordeel over 't boekje van Buys. Dat is 'n nuttig boekje. Men moest het van regeeringswege present geven! Maar... de arbeid van Buys is nietig! Iets dergelyks merk ik ook in de meeste couranten op. Overal zie ik luiheid, en zeker streven om kopie te leveren zonder arbeid. Toch kan dit ook z'n nut hebben (als 't boekje van Buys) maar er moet op-den-duur ook iets anders bykomen. Zonder dit voelt de lezer weldra minachting ook voor 't (by-een geharkt) nuttige. Parels zyn kostbaar, maar 'n parelduiker is daarom niet iemand naar wien men luistert. Om eenig respect inteboezemen, zou er moeten blyken dat hy ze maakt, voortbrengt, schept. 99/100 van onze litteratuur is leeg. 't Is niet Handgespinn, maar gefabriceerd goedje. Wie 't model wil zien, leze de stukken van Quack. Nog ziet men niet in hoe leeg die zyn, maar de tyd zal komen. - Ik kreeg Indische locomotieven waarin ten Brink myn Bilderdyk-executie & Vorstenschool bespreekt. Nog-al wel. De tydspiegel is min. Dat hangt aan elkaar als droog zand! 't Is komiek van onzin. Toch zal ik er maar over zwygen. 't Uitkleeden wordt zoo vervelend. En dan meenen ze dat ik geen aanmerkingen verdragen kan. Dit is niet waar. Maar ik erger my als ze zoo slecht schryven.- Wees zoo goed voor myn rekening al m'n werken aan Vosmaer te zenden, alles! En daar er (in myn belang) haast by is, wacht s.v.p. niet op bvk. gelegenheid. Frankeer het pak voor myn rekening, en schryf behoorlyk op. Zulke uitgaafjes doen my niets. als ik maar goed werken kan. En dit laatste is sedert... 6 dagen beroerd. Ik heb 'n scherpe graat in m'n keel. Ik zoek verstrooiing, afleiding, in wandelen, brieven schryven &c, maar tot nog toe baat het niet. Toch moet ik er weer genezen, of half ten minste. Geheel kan nooit. Omslachtig uitleggen kan ik 't niet. Dit mat my af. De zaak is die ruwe aanval van van Vloten. Niets ware makkelyker dan daarop behoorlyk | |
[pagina 289]
| |
te antwoorden, en dit wist hy ook wel, en zou er zich niet aan gewaagd hebben, zonder 'n byzaak. Buiten myn weten en tegen myn wil heeft die kerel zich aan myn vrouw opgedrongen als edelmoedige helper. Zy, in nood ('t is al jaren geleden) heeft de zwakheid gehad dat aantenemen, en - begryp de rest nu maar. Dit maakt me woedend! Hy is met aanvallen begonnen na en naar aanleiding van: Vrye Studie. Ik wist al lang hoe 't hem hinderde dat zyn stuk geen opgang maakte. Vandaar dat infame stuk van Q. in den Arnhemmer. Ik weet niet hoe ik er mee aan zal. Zend me toch den Levensbode. Ik heb 't stuk niet gelezen, maar word gewaarschuwd door Roorda & Feringa. Meen niet dat hy m'n vrouw geholpen heeft, o neen! Hy heeft 'n circulaire geteekend, waarin hy 'n paar andere heeren (ook de goede Kok) introk. Zy kenden de strekking niet. 't Was om m'n vrouw van my aftezonderen. Als ik van die zaak begin word ik zoo zenuwachtig - Ge voelt hoe ik daarmee in zit! Ook om dát uittemaken nam ik na zeer lang beraad de hulp van de Mult. Comm. aan! Ik compromitteerde my dus voor niets. En helaas, ik deed het als 'n moeielyke plicht!- Nog geen kopie voor vel ½22! Begryp dit! Mn gedachten zyn zoo vér van Laps!- Kryg ik geen revisie van 21?- Hartelyk gegroet tt DD
aan Vosmaer al m'n werken. Heden ontv. ik 'n brief van Waltman naar aanleiding waarvan ik de door Plettenberg bedachte slimmigheidjes in de conditien revoceer. Hy wordt nu eigenaar van de by hem uitgekomen stukken. Ik zie niet in waarom hy voor 't zelfde geld minder zou krygen dan gy. Dus: N.E. Vrye-arbeid, Specialiteiten & Mill. Studien behooren aan Waltman, zonder reserve. Pl. zou den politicus spelen. Daar houd ik niet van. Is 't passend dat gy op uw omslagen ook den Havelaar en die drie werken van Waltman annonceert? Zoo zou 't een 't ander helpen dunkt me. Of stáát dit niet. Ik zou 't graag willen. |
|