Helaas, leg niet dit schrift onverschillig ter zijde bij de overige hoop van adressen van adhaesie, die ge reeds ontvangen hebt, van allerlei kanten... 't Is waar, ik ben jong, zeer jong zelfs... maar ik bewonder Uw gedrag, kon ik mij eenmaal op hetzelfde beroemen als gij!... Moet ik mij over deze laatste uitdrukking bij U verontschuldigen, moet ik zeggen, dat ik niet verlang naar het verrichten van daden als de uwe, om roem in te oogsten bij de buitenwereld?
Maar laat ik mij aan U bekend maken, ik ben de zoon van een O.I. ambtenaar, ik ben zelf in de Oost geb., mijn hart trekt weer, voortdurend sterker naar het land, dat ik, op mijn 6e jaar reeds, verliet! Op 't oogenblik ben ik student in de Rechten, ik ben niet ouder dan 18 jaar, - zoudt gij 't beneden U achten, U te bemoeien met iemand, die zóóver beneden U staat, in ervaring, in verstand, in ouderdom, in kennis van het lijden...
Verstoot mij niet, Multatuli! ik wensch van U te leeren, ik wensch door U geraden te worden!
Voortdurend kwam onder het lezen van Uw M.H, van Uw Minnebrieven, van Uw Ideën, van Uw Millioenen-St. van Uw Vrij-Arb., etc. etc., 't verlangen bij mij op, aan U inlichting te vragen over zaken, die ik nog niet begreep... Zoudt gij die weigeren?
Ik smeek U om verschooning, zoo ik U in Uw bezigheden stoor, en laat mijn vragen onbeantwoord, zoo ge meent, dat er andere zaken zijn, die vóórgaan.
En geloof niet, dat ik dezen brief geschreven heb, in navolging van D. Post: ik had geen gelegenheid U eerder te schrijven, maar vóór ik iets wist van 't voornemen of de daad van P., was ik hier reeds toe besloten. Toen ik zijn stuk las in de Vox, ben ik naar hem toegegaan en heb hem mijn bewondering en sympathie betuigd, al was ik 't niet geheel eens met de strekking van zijn aanklacht.
Naderhand hoorde ik, dat de Red. v.d. Vox, aan P. gezegd heeft, dat hij verkeerd gedaan heeft met U toe te staan, dat stuk over te nemen in Uw Ideën, want zij vreesde, dat gij er misbruik v. maken zoudt, en schelden op Vox, studenten en Academie!!
Alsof P. U niet beter kon!
P. is een beste kerel, voor wien men waarachtig moet voelen, als men bedenkt, dat hij nu 29 jaar is, pas begonnen is met de studie in de Th.