Uwe behoefte aan kritiek bot te vieren. Ik herhaal wat ik naar 'k meen ongeveer in mijn vorigen zeî: ik vind in die grafdeuntjes niets, hoegenaamd niets dan een verwatering van denkbeelden, die Ge elders flink en krachtig hebt geuit en die dus in dezen vorm minstens overbodig mogen heeten.
Gij beweert dat ik mij vergis. Nu, zoo iets is best mogelijk en daarom zal ik Uw kopij direct onder handen geven. Ik wensch niets liever dan dat Ge gelijk hebt en zal dus afwachten wat anderen, of liever wat Uw vrienden, oordeelen. Gij kunt er zeker op rekenen dat ik den drukker tot den grootsten spoed zal aanmanen.
Misschien kunt Ge niet anders, maar toch moet het mij van 't hart dat ik het bitter jammer vind dat Ge goed kunt vinden op zóó'n manier Uwe ergernissen publiek te uiten, of beter, te laten drukken. Wat moet publiek, dat U persoonlijk niet kent, wel van U gaan denken!
Maar basta!
tt
GLf