[28 juni 1872
Brief van Funke aan Multatuli]
28 juni 1872
Brief van G.L. Funke aan Multatuli. Dubbel velletje postpapier met gedrukt kopje, tot onderaan blz. 3 beschreven. (M.M.)
à costij: a costi (it.), aldaar, te uwent, dus in Wiesbaden.
Amsterdam, 28 Juni 1872
Waarde Heer Dekker!
Hierbij schoone afdrukken van blad 7 en 8 en proefrevisie van blad 9 en 10, alles onder kruisband. Hartelijk dank voor Uwe zeer uitnemende zorg om alles zoo punctueel te behandelen. Met geen enkel auteur heb ik ooit zoo aangenaam gewerkt als met U! Ik twijfel of er in al de afgedrukte vellen wel één fout te vinden zal zijn.
Ja, wel is 't jammer dat we nu niet kunnen uitgeven, maar zet U daar voor ditmaal overheen. Het nú te doen, zou dwaasheid wezen. Voor 't vervolg behoeft zulk oponthoud niet meer en zult Ge over mij niet te klagen hebben. We moeten de verdere regeling van Uwe uitgaven en zooveel dingen nu maar eens spoedig gaan bepraten, als Ge 't goed vindt. Mijn plan is om, zoo ik maar even kan, in de 2e helft van Juli een paar dagen à costij te komen. Mijn vroeger plan om mijne vrouw meê te nemen en haar dan meteen de Rijn te laten zien, kan niet doorgaan, 1e om de groote kosten en 2e om de moeielijkheid van 3 jonge kinderen aan anderen over te laten. Ik moet dat idee, zeer tot mijn leedwezen, nog maar een paar jaar aanhouden in de hoop dat het eerste en grootste bezwaar dan niet meer zal bestaan, althans niet zóó als nu.
Schrijf mij nu bij gelegenheid eens hoe ik de reis maken moet om meteen nog wat van de Rijnstreek te zien en toch in 5 dagen ‘uit en thuis’ te wezen. Als ik b.v. op een Dinsdag morgen van hier ga en zaterdag avond weêr terug wil wezen, ben ik dan verplicht om de reis heen en weêr per Spoor te doen of zou ik b.v. van Wiesbaden naar Coblentz of Bonn per boot kunnen doen? Ik heb eenige jaren geleden de Rijn vluchtig tot Coblentz toe gezien en zou dus tevreden zijn als ik het eind van laatstgenoemde plaats tot Wiesbaden meteen