Volledige werken. Deel 14. Brieven en dokumenten uit de jaren 1870-1871
(1982)– Multatuli– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 352]
| |
9 Janr 1871 W. ed. Heer Bij mijne terugkomst van eene reis naar Brussel vind ik uw beide schrijvens. Ik kan wat de beantwoording betreft kort zijn.- De stukken zijn u heden onder aangeteekend couvert gezonden. Ik blijf bij mijne meening dat de inzending aan het Handelsblad van een afkeurend oordeel onzer bemoeijingen zonder ons dit vooraf te waarschuwen verkeerd gehandeld was, onverschillig welke bedoelingen daarbij voorzaten. Wat eindelijk de gedragingen der commissie betreft ze hebben zich bepaald tot de u bekende oproeping in de Couranten. Wat verder geschreven is, is haar vreemd en dus niet voor hare verantwoordelijkheid.- Welligt dat mijne zienswijze de uwe niet is, ik blijf echter gelooven dat door de commissie niets is gedaan dat uw verwijten verdient, het moest dan zijn dat hare leden zich op de roepstem van den Heer v Gennep & onder de indruk van hun vaderland eene schande te besparen zich hebben laten verleiden U diensten aan te bieden of te willen bewijzen die zij meenden dat u aangenaam waren. Zoo het pijnlijk is in ruil voor onze goede bedoelingen een brief te ontvangen als die van U van 2 Januari, ze zal mijn waardering voor den letterkundigen bij uitnemendheid, voor den moedigen strijder voor hetgeen volgens zijne overtuiging waarheid & regt is niet verminderen maar ze behelst tevens de les zich niet te bemoeijen met aangelegenheden waartoe men niet pligtshalve geroepen is- Mijn rol in de Commissie is hiermede afgespeeld - Er blijft mij slechts over U te verzekeren dat het niet in mijne bedoelingen ligt U eenige onaangenaamheid te zeggen. Veeleer de wensch koester dat gij op uw weg nimmer slechtere menschen zult vinden dan de leden onzer Commissie voor u waren.- Met gevoelens van Hoogachting UEg dwdn A.C. Wertheim
De Erven v Lennep is reeds sinds lang kennis gegeven dat de Commissie de gelden niet kan ontvangen uit de verkoop van het copijregt van Max Havelaar voortvloeijende & zij zich dus direct aan U hebben te wenden. |
|