[3 juni 1869
Brief van Busken Huet aan Potgieter]
*3 juni 1869
Brief van Cd. Busken Huet aan E.J. Potgieter. Fragment.
(De volledige briefwisseling van E.J. Potgieter en Cd. Busken Huet, II, blz. 45.)
Voor mijn mengelwerk heb ik eensklaps een konkurrent bekomen in Douwes Dekker, die, tegelijk met Gerard Keller, voor de Samarangsche Locomotief is gaan schrijven. Van Keller is mij nog niets onder de oogen gekomen, doch van Dekker las ik twee ‘Causeriën’, gelijk hij ze noemt. Zijn voornemen schijnt te zijn, fantasiën te leveren over de Hollandsche couranten. Wat hij hiertoe gaf is amusant, maar paljasachtig, en verraadt noch studie, noch eene nieuwe veine van talent. ‘Il n'a rien oublié et rien appris.’ Het voorbeeld van de Locomotief leert intusschen, dat de uitgevers der Indische couranten bedacht zijn op versterking van het litterarische element; en indien het publiek in dat aas bijten wil, ben ik tot zijne dienst.