[11 november 1868
Beschouwing in de Sneeker Courant]
11 november 1868
Beschouwing in de Sneeker Courant, nr. 91, naar aanleiding van Multatuli's voordracht te Sneek op 4 november. (Gemeente-archief Sneek; fotokopie M.M.)
forsche strophen: vgl. 4 november 1868; de krant heeft stropfen.
Een en ander: zie V.W. IV, blz. 41.
fragment uit een nog onafgewerkt drama: zie 25 juli 1868.
Wij hebben den man in ons midden gehad, die, nu ruim acht jaren geleden, in den Max Havelaar een boek in de wereld zond, welks inhoud ‘een rilling door het land deed gaan;’ den man, die - nog al brusk, als ge wilt, maar toch niet onwaar? - Nederland in staat van beschuldiging stelde, door het te brandmerken als ‘roofstaat.’
Wij gaan thans voorbij hoe Nederland zich van die beschuldiging heeft vrijgepleit, of liever niet heeft vrijgepleit, - de Havelaar is nooit weersproken - maar we meenen ook thans niet, te mogen verzwijgen: dat de beschuldiger wél besproken, en nat. miskend, beschimpt en gelasterd is, en 't nog dagelijks wordt. Dit mag nu misschien het kortste en gemakkelijkst middel zijn om den man te beloonen? die zich in elk geval inspant om waarheid te geven, - eerlijk is 't toch zeker niet. 't Is waar: laster is goedkoop, d.w.z. voor den lasteraar; voor den gelasterde minder, - maar Nederland had zich o.i. juist minder goedkoop moeten afmaken van iemand, die de eer zijns lands trachtte te redden, door het de oogen te openen voor zijn schande. Dat dit tot nu toe niet geschiedde, is jammer genoeg!
Soortgelijke overdenkingen en meer nog, kwamen onwillekeurig bij ons op, toen we ons neerzetten, om, ingevolge belofte, een kort verslag te geven van de lezing, die de heer Eduard Douwes Dekker (Multatuli) hier Woensdag avond jl. heeft gehouden. Toch wil-