getoond - een Multatuli te zijn, de man, met wien we geen Nederlander zouden durven vergelijken, de geniaalste denker en schrijver, waarop Nederland roem mag dragen, ofschoon slechts weinig Nederlanders dit doen, de man, die met zijnen blik maar een voorwerp behoeft aan te roeren, om vonken van vernuft en geest te schieten, die over dat voorwerp een ongekend licht werpen. Bij zijne verschijning in de zaal werd hij met toejuiching ontvangen. De indruk, dien hij toen op ons maakte, was een teleurstellende. Is dat de man, vroegen we ons af, die zooveel gedacht en gedaan heeft? Maar toen uit die gedaante de eigenlijke man tot ons sprak, toen hij zijne geheele ziel legde in de woorden, die hij ons toezond, toen zagen we in die donkere manlijke oogen, die scherpe gezichtslijnen, den man van edelen hartstocht, den man van volharding en kracht, - Max Havelaar!
Wat heeft hij gesproken? Men zou een Multatuli moeten zijn, om met een paar krachtige trekken terug te geven wat hij sprak. Wie waagt zich er aan, zijnen eigenen geest als spiegel te plaatsen vóór deze uitingen van vernuft en genie? In zeer, zeer algemeene trekken willen we iets van zijn dramatische fragmenten zeggen. De inrichting van zijn drama is in zooverre nieuw, als hij getracht heeft, de gebreken, die dezen kunstvorm doorgaans aankleven, te vermijden. De inleiding, die de voordracht voorafging, bereidde ons hierop reeds voor; in dit kort verslag kunnen we den inhoud daarvan niet opnemen. De personen, die in zijn drama optreden, zijn menschen uit één stuk. Multatuli zoekt de hoogste poëzie in de waarheid en heeft zich gevrijwaard tegen allerlei wonderlijke verhoudingen en leelijke effecten, waarvan we in zoovele drama's walgen. Multatuli heeft zijne figuren zóó geschapen, zóó zijn ze voor zijne verbeelding verschenen en zóó vertoonen ze zich aan ons oog. In zijn drama vindt men niet terug dat ellendige klad- en knutselwerk, een bespottelijk gevolg van het passen en meten des onhandigen kunstenaars, die zijne dramatische schilderij zooveel afmeting hier, zooveel afmeting daar geeft, zooveel licht hier, zooveel bruin ginds, om in een volgend oogenblik alles weder te veranderen. Verrassingen en schreeuwende effecten, waarvan het publiek verstomt, zoekt men bij hem tevergeefs, maar toch boeit de fabel van zijn drama, hoewel meer nog de teekening van iedere figuur en de taal, die hij ieder individu in den mond legt. Waarom? Uit ieder individu spreekt de taal van - Mul-