Volledige werken. Deel 13. Brieven en dokumenten uit de jaren 1868-1869

[13 juli 1868
Ingezonden Stuk in de Arnhemsche Courant]

13 juli 1868

Ingezonden Stuk in de Arnhemsche Courant, kennelijk tegen Multatuli gericht. (K.B. 's-Gravenhage; fotokopie M.M.)

De datering 19 Julij 1868 zal wel een drukfout zijn voor 10 Julij 1868.

Ingezonden.

Keulen, 19 Julij 1868.

Mijnheer de Redacteur!

Dat het artikel in de Kölnische Zeitung, waarbij ‘een Duitscher in Suriname’ aan zijne lezers poogt diets te maken, dat Nederland Suriname

[p. 81]

verkoopen wil, de aandacht in ons gemeenschappelijk vaderland moet trekken, ligt in den aard der zaak.

De zaak is zoo belangrijk en - de leugen is zoo brutaal, dat verontwaardiging, gloeijende verontwaardiging elk Nederlander moet vervullen.

Niet elk Nederlander, wanneer het waar is, wat men hier elkander verzekert, dat genoemd artikel noch in Suriname geschreven, noch uit de pen van een Duitscher gevloeid is. Wie hier eenigzins achter de geheimen gezien heeft, zoekt een zeer naauw verband tusschen dat artikel en het verblijf te Keulen van een Nederlander, die om goede redenen de grenzen van zijn vaderland vermijdt, - een Nederlander, die genoegzaam aangeduid wordt door de volgende eigenschappen; zeldzame genialiteit, nog zeldzamer ruimte van beurs, en allerzeldzaamste ruimte van conscientie.

't Is nog zoo'n kwade broodwinning niet, zijn pen aan de vijanden van zijn vaderland te verkoopen.

Een Nederlander te Keulen.