Volledige werken. Deel 11. Brieven en dokumenten uit de jaren 1862-1866
(1977)– Multatuli– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 751]
| |
Van den Rijn, 20 November.Uit Karlsruhe wordt aan den Stuttgarter Merkur geschreven: ‘Men heeft in Pruissen geen juist begrip van de stemming in Baden, indien men (zoo als o.a. de National-Zeitung) van meening is, dat wij hier genegen zijn ons, het koste wat het wil, dat Rijk in de armen te werpen. Zoowel ons volk, als de Souverein, zijn bereid om aan de duitsche eenheid vrijwillig al zulke offers te brengen, welke allen anderen Staten met geweld moesten worden afgeperst, en reeds vóór Königgrätz waren wij daartoe geneigd. Maar dit sluit geenszins in, dat wij aan de andere zuidduitsche Staten het verderfelijke voorbeeld zouden willen geven eener vrijwillige opoffering onzer dynastie en Constitutie.’ Een Mainzer blad, dit artikel besprekende, vraagt, hoe ver die bereidwilligheid, om de duitsche eenheid te bevorderen, gaan zal, indien men zoo nadrukkelijk wijst op hetgeen men volstrekt behouden wil? ‘De dynastie (zegt die courant) zou kunnen blijven, nu ja... gelijk in Saksen. Maar de Grondwet zou zich, alweder gelijk in Saksen, eenigzins moeten voegen naar de nieuwe omstandigheden. Wanneer toch het opperbevel over het leger en de leiding der diplomatieke betrekkingen met het buitenland zouden overgegaan zijn op den Koning van Pruissen, is het ijdel, te blijven spreken van behoud der badensche Grondwet. En zonder zoodanigen overgang is geene opregte aansluiting aan Pruissen, dat is, aan het toekomstig eenig Duitschland, denkbaar.’ - Uit Wertheim wordt aan een badensch blad geschreven: ‘Don Miguel, die den 14den dezer op het niet ver van hier gelegen kasteel Brombach overleden is, laat zes kinderen na, onder welke zich een nog jeugdige zoon bevindt, in wien de familie den toekomstigen erfgenaam der portugesche Kroon schijnt te zien. Althans, toen het Hof van Lissabon zich, eenige jaren geleden, bereid toonde om aan Don Miguel zekere familiedomeinen aftestaan en hem een jaargeld toeteleggen, onder voorwaarde, dat hij voor zich en zijne nakomelingen afstand van alle aanspraken op den portugeschen Troon zou doen, is dat voorstel door hem bepaald van de hand gewezen.’ - Een Weener blad berigt: ‘Brieven van goed onderrigte personen uit Karlsruhe melden, dat eerstdaags onderhandelingen zullen worden aangeknoopt tusschen Pruissen en Baden over het sluiten eener militaire conventie, waarbij tevens zou worden beslist over het bezetten van de voormalige bondsvesting Rastadt.’ - Uit Wiesbaden wordt medegedeeld, dat | |
[pagina 752]
| |
de (ook door ons vermelde) geruchten omtrent het overnemen van den Nassauschen-Spoorweg door de Rijnspoorweg-maatschappij ongegrond zijn. - In die plaats circuleert eene petitie, strekkende tot handhaving der speelpacht. Van wien dit stuk uitgaat, is onbekend; het wordt gecolporteerd door bedienden der Kursaal, die het alleen ter lezing aanbieden aan hen, die vooruit beloven, daarop te zullen teekenen. Men twijfelt zeer aan den goeden uitslag. - Voor Nassau (even als voor Frankfort en Keurhessen) is de pruissische Staats-Anzeiger tot officiële courant verklaard. |
|