gestelde persoon van den Heer E Douwes Dekker, eenige warme bewoordingen.
De notulen worden gelezen en goedgekeurd.
De Pres. brengt de wijze van dankbetuiging aan den Schenker in discussie; waarop de heer Kempff voorstelt: om in hoedanigheid als Secretaris dien Heer bij missive namens de vergadering te bedanken; de Heeren Mulder en van Tol achten het wenschelijk dat door eene te benoemen commissie mondeling werd bedankt; de Heer Kettman zoude willen dat de President namens de vergadering zich er mede belaste, of één en ander te combineren, namelijk - én schriftelijke dankbetuiging én deze door eene commissie te doen overhandigen. Het denkbeeld van den Heer Christiaanse om zulks van eene aanbieding als honorair lid te doen vergezellen wordt door de Heeren Mulder en Kettman en ten slotte ook door den Pres. bestreden.