gang. Ik schrijf hem veel, en ik weet dat hij mijne brieven laat lezen, - al ware 't om de pointes alleen.
- Schrijf me toch alles wat ge hoort over mijn geschrijf.
- Wilt ge ook een Ex. aan Broens geven?
- Ik gis dat ge er geen zult zenden aan redactien van dagbladen!!! et pour cause.
Dringend verzoek. Rochussen schrijft dat hij heeft laten zoeken naar die dagorder, maar dat hij ze niet heeft gevonden. Maar zegt hij: na Bali had ik dat reeds bevolen (niet zooveel te moorden nam:) en dat is opgevolgd. Zoo zegt hij.
Daar zal R. de groetenis van hebben.
De dagorder bestaat en wel nà Julij 1860. Ik wil ze hebben.
Schrijf s.v.p. aan Broese, mil: boekh: te Breda. Ik ben geinformeerd dat hij ze heeft. Verzoek hem die dagorder (of als 't niet anders kan de bundel of wat het zij waarin ze voorkomt) aan mij te adresseren.
- Toe, doe dat! Ik heb 't noodig. -
Ik wacht er op. -
- Rochussen vraagt me of ik geld noodig heb? Hoe vind je dat? (onder ons).
Als vrije arbeid af is, denk ik er over in Amstm te komen. Zeg dat ook aan Sietske s.v.p.
Ik ben benieuwd of uw krediet enz. toelaat om voorttegaan met uitgeven.
- Rochussen schrijft dat hij zoo erkentelijk is voor mijne goede meening en dat hij mij dadelijk, hoewel ziek, heeft geantwoord, om mij niet te laten wachten. -
- Ja, ik wil in Amsterdam wezen, het moet. Ik heb veel te schrijven, als ge 't maar kunt uitgeven.
- Hartelijk gegroet
DD.
De broch: is mooi gedrukt en flink papier. Och bedenk toch een middel om 't naar de oost te krijgen. Mij nog één Ex. niet meer.