[18 november 1859
Brief van Van Lennep aan Van Hasselt]
18 november 1859
Tweede brief van Jacob van Lennep aan Van Hasselt, maar niet bestemd voor Dekker. Dubbel velletje postpapier, tot onderaan blz. 3 beschreven. (U.B. Amsterdam)
valde dubito: ik twijfel zeer
Amice!
In nevensgaanden brief, dien gij aan den Br D. kunt mededeelen, heb ik getracht een weinig koud water op zijn vuur te gieten en, zoo 't wezen kan, een slag, dien ik toch voor onvoormijdelijk houde, een weinig te neutralizeeren. Ik had eerst gedacht, aan Rochussen te schrijven, en hem dringend aan te raden, den man bij zich te plaatsen; maar ik ben van het denkbeeld terug gekomen. Ik ben niet zeker, dat de man, gelijk ik hem uit zijn boek en uit zijn brieven heb leeren kennen, een post zou aannemen, die hem gegeven werd onder voorwaarde zijn boek niet te laten drukken; en, gebeurde zulks, t.w. dat hij bedankte, dan raakte ik vis-à-vis R-ja misschien vis-à-vis het geheele Publiek - gekompromitteerd; want Br. D. zoû wel lont ruiken en misschien zich niet geneeren om aan de Natie te vertellen, hoe