[7 maart 1856
Missive van de Controleur aan Dekker inzake voedselgebrek]
7 maart 1856
Missive van de Controleur Langevelt van Hemert aan Dekker. Afschrift van de klerk Rhemrev. Dubbel foliovel, waarvan twee bladzijden beschreven. (M.M.)
De aantekening van Dekker, onder deze missive afgedrukt, is dwars over de eerste bladzijde heengeschreven. Vergelijk ook Werken I, blz. 209.
Afschrift.
No. 5
Bijl. Een
Rangkasbetoeng, 7 Maart 1856.
Onder terug aanbieding van Uwedg. apostil dd. 19 februarij jl. No 76, gesteld op de vragen door den Regent beantwoord; heb ik de eer te berichten, dat voor zoo verre ik heb kunnen nagaan, de eerste 3 maanden van het jaar in deze afdeeling gebrek aan rijst bestaat met uitzondering van het district Tjilangkahan alwaar wegens de groote afstanden dat product slechts weinig kan worden uitgevoerd.-
De Regent geeft op, dat sommigen gebrek aan voedsel hebben uithoofde zij wegens ziekte hunne velden niet hebben kunnen bewerken, of wel met misgewassen hebben te kampen gehad; - ik wil gaarne gelooven, dat zulks met enkele personen het geval is, doch dit is niet van toepassing op de algemeene schaarschte en die naar mijn inzien moet gezocht worden:
1. Door dien het grootste gedeelte der bevolking hunne padie op drooge velden moet planten en als door bosschen omringd voortdurend de wilde varkens in het gewas verwoestingen aanrigten en die velden ook niet zoo productief zijn als sawahs besproeid met levend water.