- Magazyn, stamelde Wouter.
- Juist! Ma... ga... zyn! Zó is het! Alle deze goederen zyn... koopmansgoederen, en alles ligt - gelyk je ziet - op plankjes. Dit doe ik aldus... om de vochtigheid, want... de vloer is vochtig. Let daar wel op, en geef acht dat je nooit 'n stuk op den vloer legt... nooit ofte nimmer!
- Dat zal ik nooit doen, m'nheer!
- Zeer wel! Maar de goederen die op deze tafels liggen... leg ik niet op plankjes, gelyk je ziet. Want... ze liggen op tafels. Dit begryp je-n-immers wel?
- O ja, m'nheer!
- Juist! Al deze goederen ontvang ik uit Engeland, namelyk uit Manchester. Kan je dit onthouden?
- Uit Manchester, in... Engeland, m'nheer!
- Precies! Ze zyn els-breedte, en meten acht-en-twintig yards. Nu moet je weten hoe lang een yard is. Onthoud dit wel: drie yards zyn vier ellen. Onthoud dit goed! Indien je een behoorlyk zakboekje had, zou je 't kunnen opschryven. Een jong-mens moet altyd trachten iets te leren. Drie yards maken vier ellen, dit moet je goed onthouden.
Wouter knikte zo hard hy kon dat-i altyd z'n best zou doen alles goed te onthouden. Het diepzinnig onderricht werd voortgezet.
- De vyf-kwarts katoenen, anders gezegd: de katoenen van vyfkwart-el breed, voorzover ik die laat komen uit Manchester, zyn slechts vier-en-twintig yards lang. Dit maakt dus 'n verschil. En de zwitserse katoenen, die ik laat komen uit Mühlhausen in den Elzas...
Hier had-i byna gezegd ‘een groot land, waarvan myn schoonzoon consul is’. Maar hy bedacht zich:
...in den Elzas alzo. Nu - let wel op! - die stukken hebben geen vaste maat. De maat staat er op, gelyk je ziet, nietwaar? Zo'n papiertje draagt de benaming van: etiket... e...ti...ket! Onthoud dit wel! En het cyfer dat daarop genoteerd staat, betekent wat men noemt: aunes. De lengte van het stuk in... aunes. Kan je dit onthouden?
- Aunes, m'nheer!
- Zeer wel! Aunes of franse ellen, want... 'n franse el noemt