- Drie gulden, zestien? Vind je 't niet wat duur?
- O, mevrouw...
En hy hakkelde. Ik geloof dat-i zeggen wou: ‘mag ik 'n paar dubbeltjes van dien vreselyken prys voor myn rekening nemen?’ Maar hy bedacht nog bytyds dat-i van die paar dubbeltjes juist het allereerste niet bezat, en vergenoegde zich dus met de betuiging dat-i nog geen verstand had van borduurpatroontjes. 't Spreekt vanzelf dat-i zich ernstig voornam dien tak van wetenschap tot 'n onderwerp van byzondere studie te maken. Voorlopig bepaalde hy zich tot de vraag:
- Verkiest mevrouw dat ik nog eens ga beproeven by juffrouw Lins...
- Wel zeker, ga jy nog eens vragen by juffrouw Lins of 't niet wat minder kan, byvoorbeeld voor... drie gulden, twaalf? Of... als 't mogelyk is, voor drie gulden, tien?
En met deze zielverheffende opdracht sukkelde Wouter door den modder. Want het had zwaar geregend na al die hitte, en de straten zagen er amsterdams uit. Een regenscherm had-i niet, en hy versleet driemaal meer aan schoeisel en kleren, dan door de vier stuivers die hy inderdaad in den tapisseriewinkel wist af te dingen, kon worden gedekt. Zó religieus vervulde hy dien dag z'n naastby-liggende plicht, of wat de arme jongen daarvoor hield.
Juffrouw Lins vroeg, na z'n vertrek, aan haar adjudantjes:
- Wat scheelde dat jongetje toch? 't Leek wel of-i me kussen of... vermoorden wou om die paar stuivers?
Toen hy, na bericht te hebben gedaan van z'n zegevierend wedervaren, voor den tweeden keer den stoep van 't huis met spiegelglas afstapte, stond er 'n rytuig voor de deur. Dit won hem den tocht naar de Kortekrulledwarsstraat uit, want op last van de ‘jonge mevrouw’ kwam de meid hem achterna roepen dat dit de britschka van m'nheer Kopperlith was, en die koetsier de Jakob aan wien hy 'n boodschap had. Hy stelde zich met aandoenlyke bescheidenheid voor, als de ‘nieuwe jongste-bediende’ van 't kantoor, en zei wat-i te zeggen had. Uit de britschka golfde een vleesklomp, 'n reuzin, Hersilia Kopperlith, de zwaarlyvige huwelyksvreugd van den Elzasser Heinrich Calbb, die te Amsterdam consul van z'n land was, en tevens chef van 'n han-