gen: waarom moeten we dat zo mooi vinden? De bedoeling was: mooi-vinden zúllen we... help ons maar aan 'n reden!
Nu, die reden zou Pennewip leveren:
- Zie eens hier, juffrouw! Ik weet wel, of liever, ik kan gissen of... veronderstellen - volgens sommigen: vóóronderstellen, omdat het 'n onderstelling is die de zekerheid als 't ware voorafgaat - ik kan dan als nagenoeg uitgemaakt aannemen, dat uwe zich in den regel, of... gewoonlyk, of... wat men zou kunnen noemen: dagelyks en... uitsluitend, niet bemoeit met declinatiën...
- Gut nee, meester!
...ook wel genoemd: verbuigingen. Maar uwe zult toch wel begrypen, of... inzien, dat alles om 't zo eens uit te drukken deszelfs eisen heeft, nietwaar?
Juffrouw Pieterse betuigde met 'n hoofdknikje dat zy de gegrondheid van deze mening volkomen inzag of... begreep. Pennewip scheen dit zeer verstandig te vinden, en ging voort:
- Ziet uwe daar die komma wel, of... juister gezegd die... apostrofe?
- Jawel, jawel, meester, riep juffrouw Pieterse, o zeker, zeker, ik zie 'm heel goed. Kyk jy ook eens, Trui!
- En dáár staat er nog een, ging Pennewip voort. Laat de andere juffrouwen ook eens zien.
't Boek ging rond. Juffrouw Pieterse was bly, dat de inspanning tot begrip, die weldra van haar zou geëist worden, 'n beetje verdeeld werd over 't hele gezelschap. Om de verantwoordelykheid nog wat verder af te leiden, betrok ze ook Wouter in de zaak.
- Laat het kind toch ook 'ns zien! Hy is er net in de jaren voor. Kyk nu goed, Wouter! Een jongen als jy moet altyd proberen wat te leren. Zie je 'm nu wel, die... die... hoe heet het ook, meester?
- Wat de gedaante aangaat, juffrouw, zoude men het een komma kunnen noemen, doch ten gevolge der enigszins verheven plaats waarop de zeer kundige schryver dat teken zettede, ontvangt hetzelve de kracht...
Wouter tuurde in 't boek, en was verdrietig over z'n domheid. 't Mocht hem niet gelukken iets schoons te zien.
...de kracht of de betekenis of de strekking...