(in 1879 blz. 154; in dit deel blz. 592 regel 8) begint een nieuw gedeelte, dat doorgaat tot: ‘schade gedaan aan het Recht’ (in 1879 blz. 167; in dit deel blz. 601 regel 37). Het hoofdstuk wordt daarna besloten met twee alinea's die ontleend zijn aan de druk van 1871 en aldaar aansluiten bij de afgebroken tekst.
Hoofdstuk MXI is geheel nieuw.
Hoofdstuk MXII is geheel nieuw.
Hoofdstuk MXIII vangt aan met een nieuw gedeelte, dat eindigt met de woorden: ‘van zekere specialiteiten waarschuwen’ (in 1879 blz. 199; in dit deel blz. 626 regel 22). Hierna volgt het nog resterende gedeelte uit 1871, dat daar dus tot hoofdstuk MX, maar in 1879 tot hoofdstuk MXIII behoort.
Behalve door deze, zeer ingrijpende uitbreidingen verschilt de tweede druk bovendien van de eerste, doordat Multatuli een dertigtal voetnoten heeft geschrapt, zij het met de bedoeling om ze in herschreven en vermeerderde vorm te doen drukken als een afzonderlijke aflevering Noten. In strijd met deze plannen heeft de schrijver, voornamelijk bij de tussengevoegde hoofdstukken, maar toch ook wel bij de andere, een groot aantal nieuwe voetnoten geplaatst.
De toegezegde aparte aflevering is nimmer verschenen. Eerst in 1910 heeft Mevrouw M. Douwes Dekker-Hamminck Schepel de onvoltooid gebleven aantekeningen afgedrukt in haar uitgave van de Specialiteiten (Wereldbibliotheek, Amsterdam).
Voor de herdruk in deze Volledige Werken moest uiteraard gebruik worden gemaakt van de tweede editie. De voetnoten, die óf enkel in 1871 óf enkel in 1879 te vinden zijn, werden opgenomen als Aantekeningen achter de tekst; alleen de weinige, die men in beide drukken aantreft, werden als voetnoot gehandhaafd.
De in 1875 geschreven en in 1879 niet gepubliceerde aanvullingen zijn thans, overeenkomstig het manuscript in het Multatuli-Museum, afgedrukt als Notities in handschrift.
De tekst stemt overeen met die van de tweede druk (1879), met dien verstande dat steeds de vollere vormen: myn, zyn, een etc. aan de druk van 1871 werden ontleend, en voorts behoudens de volgende varianten: