Volledige werken. Deel 4. Een en ander over Pruisen en Nederland. Causerieën. De maatschappij tot nut van den Javaan. Ideeën, derde bundel
(1952)– Multatuli– Auteursrecht onbekend
[pagina 576]
| |
wysgeren wordt in bescherming genomen’ zeide ik in 542. Welnu, geen onbekwaamheid zó grof dat vakmannen zich daaraan niet schuldig maken. Timmerlui, slotenmakers, geneesheren, advokaten, ministers, steken in jokrisse-achtige ineptie onze kamergeleerden naar de kroon. De Specialiteiten zyn gewoonlyk specialiteiten van onbedrevenheid, en telkens voelt zich de leek opgewekt tot de vraag: is dát nu 'n smid, is dát nu 'n minister? Ik mag niet toegeven in den lust, hiervan - anekdotische! - voorbeelden aan te halen. Met enige oplettendheid zal de belangstellende lezer die in voldoende menigte kunnen waarnemen.Ga naar voetnoot* |
|