en flikflooien van 'n ‘Vader in den Hemel’ - die N.B. de moeite niet nam zich aan z'n kinderen te openbaren - maakt ons tot laaghartige vleiers, tot gluiperds en huichelaars.
Ik neem dit laatste woord niet in gewonen zin, en bedoel dus hier de Tartuffes niet. Neen, ik spreek nu van hen die inderdaad geloven. Een Tartuffe bedriegt hoogstens 'n paar stumperds die bot genoeg zyn zich zeer grof te laten foppen, maar de oprechte gelovers spelen den Tartuffe tegen hun eigen God. En God moet dit sedert lang weten. Hy zal toch niet dommer wezen dan Molières Orgon? Me dunkt, ik hoor hem mompelen, by 't aanhoren van 'n goed gestileerd zelfvernederend gebed: ‘o jy kleine vleier... ik zie waar je heen wilt, je legt het aan op 'n stukje van m'n zaligheid’!
Als ik God was, zou 'k 'n hekel hebben aan de vromen, en nooit iemand zalig maken die met 'n beetje deugd en veel sollicitatie daarnaar gedongen had.