790.
Welnu... het algemeen welzyn vóór alles! Eist het belang van allen, dat de eenling onbeduidend zy, we mogen daarover niet klagen. De onsterfelyke Mensheid gaat boven den vergankelyken mens. By konflikt moet het mindere voor 't meerdere wyken. Dit is natuurwet. Dit is noodzakelyk. Dit is goed.
Diezelfde noodzakelykheid zal wel teweegbrengen dat er te allen tyde weerspannige werklui zyn, die meer doen - en dus iets anders - dan gaatjes prikken.
Maar, al berusten wy nu in die onderdelige africhtings-methode, waar slechts spraak is van uurwerken en bureau-machines, de vraag is of wy even inschikkelyk mogen zyn omtrent den staat van blokkade dien onze zeden over algemene wysbegeerte hebben uitgesproken? Ik geloof dit niet.
Het voordeel dat de Mensheid trekken kan uit welbegrepen verdeling van den arbeid, zou meer dan teloor gaan, het zou zich verkeren in stellig verlies, indien individuele botheid de hoofdvoorwaarde zyn moest van algemeen welzyn.
De eisen der industrie veranderen by den dag. Waar zou 't heen, indien ieder zó vastroestte in werktuiglyke gewoonheid, dat hy by de minste wyziging in de behoeften der maatschappy, als non-valeur moest worden afgeschreven? Zou niet zeer spoedig 't mensdom gelyken op een troep afgedankte trekvaart-schippers die werkeloos en troosteloos - maar vooral hongerig! - zitten te staren op een voorbystomenden trein?