Volledige werken. Deel 4. Een en ander over Pruisen en Nederland. Causerieën. De maatschappij tot nut van den Javaan. Ideeën, derde bundel
(1952)– Multatuli– Auteursrecht onbekend760.Ik had ongelyk voorbeelden van leugengeschryf te ontlenen aan Scheltema. Een paar dagen wachtens zou my een staaltje bezorgd hebben, dat wellicht in deze tydsomstandigheden dieper indruk had gemaakt. De generaal Von Moltke legt den volke zyn krygskunde bloot. Die strateeg levert my allergemütlichst de bewyzen voor myn stelling over de vechtkunst, die ik anders uit veel rapporten en krygskundige werken had moeten byeensprokkelen. Ik ben hem groten dank schuldig. Maar die dankbaarheid is niet te vergelyken by de verbazing over de brutale onnozelheid die zich zó bloot geeft, en over de bêtise van Europa dat aan de in Von Moltke's geschryf vervatte Enthüllungen waarde hecht. | |
[pagina 485]
| |
aant.
Het is mogelyk. En in dat denkbeeld zal hy waarschynlyk ten grave gaan. Lang na ons nog zullen anderen zich op hém, op zyn krygskundige voorschriften beroepen. En dat zal zo blyven tot men tegenover 'n vyand staat die lezen kan, en uit de studie der krygsgeschiedenis geleerd heeft dat de ware krygskunde in moed en karakter bestaat. Men zal dan inzien... Neen, toch niet! Na Alexander, na Caesar, na Frederik den Grote, Napoleon I - generaals die hun overwinningen aan 't minachten van de schoolregels te danken hadden! - vergaapt zich nog immer 't leugenbegerig publiek aan praatjes over 'n wetenschap die geen wetenschap is. 't Is moeilyk iets waars te plaatsen by zo'n geeuwhonger naar bedrog. En daarom voelde ik my door bitterheid gestoord in myn arbeid. Op Von Moltke's krygskunde zal ik te zyner tyd terugkomen. De Muurlingen in uniform hebben my reeds te lang in myn gedachtenloop gestoord. Ik zal trachten myn ogen af te wenden van den waarheidsmoord waarop strategen en publicisten hun lezers vergasten, en m'n beschouwingen over Publieke Voordrachten met den verderen kommentaar over ‘Vrye Studie’ voort te zetten... Weer een overwinnings-depêche! Ik geloof 't graag, de vyand loopt weg. In plaats van ossen en helden, zie ik nu dagelyks honderden gevangenen voorby dryven. Al die individuen staan by den Burgerlyken Stand geregistreerd als: van 't mannelyk geslacht. Hebben die Fransen een eed gedaan, aan Von Moltke's krygskunde een Anstrich van degelykheid te geven door succes? Dit zal niet lukken na z'n al te naieve Enthüllungen. Ik kan lezen, en zal trachten anderen op te wekken dat ook te leren. En nu: guerre à la guerre. Ik ben misselyk van al den heldenmoed ‘unserer tapferen Landwehrmänner’. Het gebluf op de al te lichte overwinning is byna even walgelyk als de vieze lafhartigheid die deze overwinning zo gemakkelyk maakt. Och, als men lezen kon! |
|