Ik doel nu niet op de orkest-agamemnen, die potpourri's samenflansen...
Een ogenblik! Ik heb lust, ter afwisseling, zelf een potpourri te maken. 't Is avond. Ik ben treurig. Alles liep me dezer dagen tegen. Gister leed ik aan koorts. Nu heb ik hoofdpyn. Tegenover me speelt 'n juffrouw op de piano. Ik las 'n liberale courant. Opnieuw zyn me myn kinderen afgenomen... zal ik ze weerzien? De juffrouw begint weer... Martha, Norma, Trouvère, Carneval de Vénise... en de rest! En by dit alles... ik ben Hollander en suf...
Is dát de potpourri?
Neen, lezer, 't is 'n schets van de stemming waarin men zulke dingen maken kan, 'n kunststemming! 't Produkt daarvan krygt ge later misschien.
Myn potpourri is kant en klaar. Ik zal hem opdragen aan den gewezen koning van Beieren, die ‘kunst’ beschermde, en waterige verzen maakte... volgens Safir, wiens verzen zich ook niet te buiten gaan aan onmatig gebruik van alkohol.