219.
De vlag is weg!
Ik heb een dame gekend die blond was, en zeer bevallig. Dat zult ge terstond zien. Haar echtgenoot was donkerharig. In haar familie waren allerlei haarsoorten, en ook van zyn kant schenen zich allerlei rassen rendez-vous te hebben gegeven.
Het oudste kind dier dame was bruin. Daarop volgde een blond meisje. Toen twee zwarte jongetjes. Vervolgens een Engelsmannetje met rood haar en zomersproeten. Eindelyk enige Afrikanen met krulhaar... drie of vier Kelten... een paar stroharigen... wat witkopjes... toen weer kastanje... 't hield niet op, en alles dooréén. En als ze gedaan had, begon ze weer.
Er mankeerde maar aan, dat ze groene kindertjes kreeg.
Ik maakte 'r myn compliment over de volledigheid van haar verzameling, uit een anthropologisch oogpunt.
- Maar, eilieve, Mevrouw... als 't me vergund is een kleine aanmerking te maken...
- Hoe dan?
- Een beetje orde, Mevrouw! Wat regel, tot gemak der bezoekers van uw museum. De classificatie is zo moeilyk.
- M'nheer, denk je dat ik die dingen doe op kommando? Als 't u niet de moeite waard is, myn troepje recht te zetten, hecht ik niet veel waarde aan uw anthropologische studiën. Ik beval naar 't my bevalt, en 't bevalt my niet, dat het u niet bevalt dat ik niet beval naar 't u bevalt. 't Bevallen zou me onmogelyk wezen, als ik moest acht geven op 't bevallen. Zodra ik my toelegde op bevallen naar 't u bevalt, zou ik spoedig ophouden te bevallen. En al kon ik voortgaan, 't zou u weldra niet bevallen, omdat bevallen geen zaak is van bevallen. Ik blyf dus bevallen naar 't my bevalt, en als dit u niet bevalt, ga dan waar 't u beter bevalt, en beval zelf als 't u bevalt, maar ik twyfel of ge dan my bevalt, omdat de aanmerking waarvan gy bevallen zyt over 't niet bevallen van myn bevallen, my bewyst dat gy geen verstand hebt van bevallen. En nu ga heen als 't u bevalt, want ik ga bevallen.
Dit voor myn Ideeën. Wie wil ze rechtzetten? Ik heb waarachtig geen tyd, en beval als die dame, zonder te vragen of 't bevalt.