18.
Eens-voor-al, het woordjen is gebruik ik tot verkorting van: ‘zou misschien, als ik me niet bedrieg, en u waarschuwende tegen m'n neiging tot scheefzien, kunnen wezen’.
't Is myn plicht u dit te zeggen. Maar uw plicht is te zorgen dat ge uw eigen neiging tot scheef-zien niet vergeet.