Brieven aan Frederik van Eeden
(1970)–J.A. Dèr Mouw9Waarde Vriend!84 - Ja, ik begrijp dat best, dat moeilijk tot daden kunnen komen; wel nadenken over allerlei, maar geen initiatief. Mij gaat 't net zoo. - Neen, ik heb geen nieuwe verzen, die ik kan inzenden; behalve 'n paar sonnetten, die ik nog wat bewaren wou, heb ik hier 'n groot vers,85 waaraan ik bezig ben; maar dat is vèèl te groot. - Dus ik zal nu zelf uitzoeken, uit de cahiers, en ze sturen, naar 333.86 - Ja, wil je naar Versluys87 gaan? Verman je! - Ik heb aan mezelf | |
[p. 40] | |
Brief van J.A. dèr Mouw, op 20 juli 1918 ontvangen door Frederik van Eeden
| |
[p. 41] | |
| |
[p. 42] | |
gemerkt, dat 't met zulke dingen net is, als met 't gaan naar 'n tandendokter. Je moet et je niet voornemen; want dan doe je 't niet. Maar je moet, op eens, op de wandeling bijv. bedenken: Laat ik even bij de tandendokter oploopen; ik ben er toch vlak bij. - Dat gaat bij jou nu moeilijk, om dat je niet m'n verzen in je zak altijd bij je hebt, en Versluys niet in Bussum woont - Ja 't is 'n lastig ding. Ik zou je voorstellen: ‘Laat mìj 't voor je doen -’ als niet, ongelukkig, jij 't voor mij moest doen! - Ik voel bijzonder veel voor die Sauriers.88 Ja, dat is prachtig. - Ik herinner me, met hoe 'n emotie ik 'n paar jaar geleden in London89 voor et eerst et foramen parietale in'n Saurierschedel zag. Ik had er naar gezocht. En toen vond ik et. Dat zijn hoogtepunten in je leven. - O 't is zoo mooi, het heele idee! Dag! [Dus je gaat naar Versluys?] |
|