Brahman. Deel 1(1919)–J.A. Dèr Mouw– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 112] [p. 112] ['k Zit, wachtend heerscher, in mijn vleugelwagen] 'K zit, wachtend heerscher, in mijn vleugelwagen; 'K zie 't wereldlicht over de vlerken schijnen, Wier spanning, glad, met lang welvende lijnen, Straks veeren zal achter de motorslagen. Ik weet: bestand tegen de hardste vlagen Zijn de twee groote vlakken, mijn kwatrijnen, En mijn terzinen zullen, de twee kleinen, 'T evenwicht, als 't schomm'len mocht, veilig schragen. Diep uit de wereld spoot in macht'ge stralen De kracht, die door de storm de schroef doet malen, Dat hij, wazige schijf, schijnt stil te staan; Mij, boven lichtende aarde in 't zwart verloren, Zal 't sterrelicht groeten met meteoren. Het dreunt. - De aarde zinkt weg. - Vooruit, mijn zwaan! Vorige Volgende