Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen
(1953)–Henricus van Moorsel– Auteursrecht onbekend(1829-1830)/ Pag. 49 / 1829 3 Mei te Someren aan de nieuwe kerk de fondamenten begonnen te leggen door Antonie Verberne metselaarGa naar voetnoot(1), wonende te Heeze die het metselwerk heeft aangenomen. 19 Mei te Heeze de fondamenten van de nieuwe kerk begonnen te leggenGa naar voetnoot(2), aangenomen door Hendrik Jansen metselaar te HeezeGa naar voetnoot(3) tot gelijk de vengster durpels; de fondamenten en muren zijn gelegd tot even boven gelijk vloers van de oude steenen der afgebroken grote- of torenkerk, en voorts de muren boven den vloer of grond van nieuwe steenen, doch aan de binnenzijde zijn in de muuren nog eenige oude stenen gelegdGa naar voetnoota. 22 Junij door de R.C. gemeente van Heeze een steenoven op het Rulsche heike begonnen en den 27 voltrokken inhoudende 111000 steenenGa naar voetnoot(4); deze steenen zijn gebruikt voor de buitenmuuren terwijl van de binnenzijde de muuren nog veel van oude stenen der grote kerk gemaakt zijnGa naar voetnoot(5). 27 Junij Koning Willem I van Maastricht over den steenweg naar s Bosch gepasseerd, het gemeentebestuur van Heeze | |
[pagina 50]
| |
/ Pag. 50 / met de schutterijen naar den steenweg bij Aalst getrokken ten einde een compliment aan den Koning te maken die daar is gepasseerd omtrent 2 uren naarmiddagGa naar voetnoot(1). 1829 28 Julij te Someren aan de nieuwe kerk het metselwerk voltrokken en de stijlen gericht. 10 November de kerk te Heeze te rekenen wat boven den grond komt aanbesteedGa naar voetnoot(2): het opzetten van den groven timmer aangenomen bij Willem van Deursen, timmerman te HeezeGa naar voetnoot(3); het maken van deuren en vengsters aangenomen bij Jan van den Berg, timmerman te HeezeGa naar voetnoot(4); het bezagen van het hout aangenomen bij Jacobus van Deursen, timmerman te HeezeGa naar voetnoot(5); het metselwerk was vroeger aanbesteed tot aan de vengster durpelsGa naar voetnoot(6); verder is het metselwerk niet aanbesteed geworden maar in dag geld gedaan. Het jaar 1829 is uit hoofden van den veelvuldigen regen zo slecht beijen jaar geweest, dat men | |
[pagina 51]
| |
/ Pag. 51 / op den tijd, dat men dezelven moest slachten geheele hallen heeft dood gevonden, en er maar zeer wijnig bijlieden zijn gevonde, die bijman zijn gebleven uit hoofden zij gene levende meer hadden of geen kans zagen om met de voorhanden zijnde honing een enkelde stok uit te voederen. Met de maand Junij 1829 begon het te regenen en continueerde tot Allerheijligen, zoo dat er naauwelijks twee droge dagen neven elkanderen gekomen zijn, of het heeft min of meer geregend, waardoor de lage weiden meest onder water zijn gezet, en men het gras uit dezelven niet heeft kunnen maaijen; dat op de hoge driessen heeft men half droog moeten inhalen, gelijk ook de granen, die wel in overvloed gewasschen zijn maar niet van zoo eene goede kwaliteit als andere jaren; in de lage landen, zijn er veel aardappelen onder water gezet, en vele in den grond verrot, en die uitgedaan wierden
/ Pag. 52 / waren waterachtig zonder smaak en half bedorven; aan turf was er algemeen gebrek; dezelve kosten in den peel 35 centen de 100, en overal moest men zich met nat hout behelpenGa naar voetnoot(1). Voor Someren diend hier nog genoteerd, dat op Sinte Peter en PaulusdagGa naar voetnoot(2), men aldaar moest mis horen onder den bloten hemel, terwijl de oude kerk behalve het choor waar het altaar stond en dat tot des tijds was gedekt geblevenGa naar voetnoot(3), geheel was afgebroken, en dat dien dag 't zoo verschrikkelijk regende of dat het een stortregen ware geweest en er niemand der verzamelde meer droog was, maar zoo door en door nat of dat zij onder het water vandaan gekomen waren, dan eenige welke onder het choor geschuild hadden of die van parapluis voor zien waren, waar het aantal niet groot was; - dient voorts voor memorie dat de muren / Pag. 53 / der kerk van Someren en ook gedeeltelijk te Heeze gedurende dat regenachtig saisoen gemetseld zijn. Met half November is het begonnen te vriezen, dat geduurd heeft tot het einde van December en extraordinair sterk van 24 December tot den 22 Februarij 1830 wanneer het weder veranderd isGa naar voetnoot(1). 1830 24 Januarij de jubile afgekondigd, gegeven ter gelegenheid der verkiezing van Pous Pius VIIIGa naar voetnoot(2)Ga naar voetnoota. 30 Januarij en volgende dagen sterk gevroren: de termometer van Frans Primous tekende 36, 35, 34 tot 33 gradenGa naar voetnoot(3). In Februarij 1830 heeft Wouter van Eijk te SomerenGa naar voetnoot(4) aan Hendrik van der GrintenGa naar voetnoot(5) 100 stokken dode beijen verkogt, en heeft bij het uitbreken daarin slechts bevonden 2½, halve Nederlandsche ponden honing, het bord waarop dezelve was liggende erbij gerekend. 10 April het ijzerwerk voor de nieuwe kerk te Heeze uit de hand aan | |
[pagina 52]
| |
/ Pag. 54 / besteed. 20 April een zwaren storm gewoed uit het Noord Westen zijnde het sterkste tusschen 5 en 7 uren, en hebbende geduurd tot 9 uren des avonds; onderscheiden huizen en bomen zijn er als toen omgewaaijd. 9 Mei een onweder waarbij de blixem in eene kanadaboom is geslagen digte bij den OvendijkGa naar voetnoot(1) aan het gelag van den touwslagerGa naar voetnoot(2). 15 Mei de schalk gericht om de gebinten van de nieuwe kerk te Heeze te rigten. 5 Julij hebben de Franschen de stad Algiers veroverd en den Dey gevangen genomen en naar Frankrijk overgebracht met zijne wijven en bijwijvenGa naar voetnoot(3)Ga naar voetnoota. 31 Julij den Heere en Mr Hendrik van Moorsel practizerend Advocaat oudsecretaris van Heeze, Leende en Zesgehugten, en koninklijk Notaris ter residentie te Heeze, geboren te Helmond, des voormiddags om elf uren in den ouderdom van 73 jaren 3 maanden en 3 dagen overledenGa naar voetnoot(4). 5 Augustus de toren van St. Jan in 's Bosch door den blixem aan den brand geslagen en een gedeelte daar van / Pag. 55 /afgebrandGa naar voetnoot(1). 6 Augustus de kappen op de nieuwe kerk te Heeze gesteld. 17 Augustus te Someren begonnen het torentje van het choor der oude kerk dat was blijven staan af te breken en vervolgens het zelve op de kerk geplaatst. 24 Augustus door pastoor en kerkmeesters te Heeze een tweede steen oven | |
[pagina 53]
| |
gestookt op het Rulsch HeijkeGa naar voetnoot(2); te Brussel de Belgische onlusten begonnenGa naar voetnoot(3)Ga naar voetnoota. 25 en 26 Augustus de baron van den Bogaerde gouverneur dezer provincie te Heeze op het kasteel gelogeerdGa naar voetnoot(4). 15 October 75 lanciers door Leende gekomen gaande naar de stad WeertGa naar voetnoot(5). 14 October 14 curassiers te Someren geweest. 2 November 6 curassiers te Heeze geweest. 3 November te Heeze weder 6 curassiers rijdende na Valkenswaard. 5 November zijn de Marechaussees te Heeze vertrokken uit de cazerne zijnde er alleen eenige vrouwen en kinderen in gebleven. 19 November 24 Curassiers door Heeze gekomen. |
|