1732 12 December heeft het transport der Heerlijkheid van Heeze plaats gehad voor schepenen van S Bosch van den Heere Albert CarelGa naar voetnoota Snoukart en Ermgarda Gratiana Zweerts de Landas aan den Baron Francois Adam de Holbach, Ridder van het H.R. Rijk voor f 205000.-Ga naar voetnoot(7).
1733 Een zeer strenge winterGa naar voetnoot(8)Ga naar voetnootb.
1735 is Egidius van der Voort pastoor van Heeze gestorven in het klooster van de nonnen van Ommel te Nunhem bij Roermond, waar na toe hij gevlucht wasGa naar voetnoot(9); was de opvolger van Joannes SmetsGa naar voetnoot(10) en is door Johannes Spierings opgevolgd gewordenGa naar voetnoot(11)Ga naar voetnootb.
|
-
voetnoot(1)
- 14 Mei 1731 had Joannes Spirincx de zondagsdienst gedaan op een gehugje onder heese, 's morgens vroegh in een scheur sonder eenighe de minste uijterlijcke ceremonien beede vaerden enz. (L. SCHUTJES, Geschiedenis van het Bisdom 's Hertogenbosch, dl. IV, p. 107-108. St. Michiels-Gestel, 1873). 31 December 1731 werd de missive van den kerkraad over de stoutigheden van pastoor Joh. Spierings aanvaard en het request van Spierings om weer als pastoor te worden geadmitteerd afgeslagen. F. VAN HOECK S.J., Besluiten van de Raad van State betrekking hebbende op Kerkelijke zaken in de Meijerij van 's-Hertogenbosch (1648-1794) (BOSSCHE BIJDRAGEN, dl. XXI, p. 72); L. SCHUTJES, Geschiedenis van het Bisdom 's Hertogenbosch, dl. V, p. 229. St. Michiels-Gestel, 1876.
-
voetnoot(2)
- Walterus Lippens van 1732 tot 1748 pastoor te Heeze. Admissie als pastoor afgegeven op 22 Januari 1732. F. VAN HOECK S.J., Besluiten van de Raad van State betrekking hebbende op Kerkelijke zaken in de Meijerij van 's-Hertogenbosch (1648-1794) (BOSSCHE BIJDRAGEN, dl. XXI, p. 72). Zie voor zijn installatie op 14 Februari 1732 L. SCHUTJES, Geschiedenis van het Bisdom 's Hertogenbosch, dl. IV, p. 108. St. Michiels-Gestel, 1873. Zie Kronijk 5 April 1748.
-
voetnoot(3)
- Albert Carel Snouckaert van Schauburg, geboren te 's-Hertogenbosch als zoon van Albert en Anna Margreet barones van Randwijck, overleden ten huize Lingezicht 28 Januari 1748 en begraven te Leerdam, was 19 November 1709 te 's-Hertogenbosch ondertrouwd en 13 December 1709 te Rosmalen getrouwd met Ermgarda Gratiana Sweerts de Landas, geboren te 's-Hertogenbosch 16 April 1685, overleden 8 Maart 1754 en begraven te Leerdam. F. DE BAS, Snouckaert van Schauburg (Albert) & (Albert Card) (NIEUW NEDERLANDSCH BIOGRAFISCH WOORDENBOEK, dl. II, col. 1337. Leiden, 1912); cfr. DR. W. MEINDERSMA, De Heerlijkheid van Heeze, Leende de en Zes-Gehuchten, p. 27. Zaltbommel, 1911.
-
voetnoot(4)
- François Adam d'Holbach ou le baron d'Holbach (natif du Palatinat rhénan) se contente d'être un munificent bonhomme ‘pour les sieus et ses amis, grâce à sa fortune, acquise par les spéculations du système de Law et aussi grâce à l'entregent dont Holbach fit preuve en ne la dilapidant pas mais en allant la placer à l'abri.... et raisemblement en Hollande (Brief van P. Brazier te Parijs, dd. 12 November 1951).
-
voetnoot(5)
- Andere stukken spreken van f 210.000. Het verschil van f 5000 moet gezocht worden in het opbrengen van de 40ste penning.
-
voetnoot(6)
- 1. Albertina Christina, gedoopt Den Bosch (Grote Kerk) 26 September 1710 en te Heeze tot lidmaat aangenomen 22 Maart 1731.
2. Jacob Marten, gedoopt Den Bosch (Grote Kerk) 20 September 1712 en te Heeze tot lidmaat aangenomen 3 Maart 1730.
3. Ermgarda Jacoba Catharina, gedoopt Heeze (Kasteel) 1 Juni 1714 en aldaar tot lidmaat aangenomen 6 Juni 1732.
4. Willemina Charlotta Clementia, gedoopt Heeze 2 Februari 1716 en aldaar tot lidmaat aangenomen 28 April 1733.
5. Willem Carel, geboren Heeze 5 Augustus 1717 en 8 Augustus 1717 in de Kapel gedoopt. F. DE BAS, Snouckaert van Schauburg (Willem Carel baron) (NIEUW NEDERLANDSCH BIOGRAFISCH WOORDENBOEK, dl. II, col. 1340-1341. Leiden, 1912).
6. Albert Nicolaes, geboren 's-Hertogenbosch 27 Augustus 1718, aldaar gedoopt in de Grote Kerk 4 September 1718. F. DE BAS, Snouckaert van Schauburg (Albert Nicolaas baron) (NIEUW NEDER. LANDSCH BIOGRAFISCH WOORDENBOEK, dl. II, col. 1339. Leiden, 1912).
7. Frederik, geboren te Heeze 13 Augustus 1719 en aldaar in de Kapel gedoopt 15 Augustus 1719. F. DE BAS, Snouckaert van Schauburg (Frederik baron) (NIEUW NEDERLANDSCH BIOGRAFISCH WOORDENBOEK, dl. II, col. 1339. Leiden, 1912).
8. Henriette Elisabeth, gedoopt 's-Hertogenbosch (Grote Kerk) 11 September 1720.
9. Isabella, gedoopt te Heeze 4 Januari 1722.
10. Hendrik Philip, gedoopt 's-Hertogenbosch (Grote Kerk) 2 Juni 1726.
Het enige toen reeds overleden kind was Hendrik Philip, gedoopt 's Hertogenbosch (Grote Kerk) 3 Mei 1724, overleden te Heeze 23 October 1724. (Geboortedata van deze familie medegedeeld door de Heer J.P.H. Goossens te Vlijmen).
-
voetnoot(7)
- De verkoop van de heerlijkheid Heeze had plaats 14 October 1732 voor de Bossche notaris Jan Louis Verster. Deze acte van verkoop - in het Frans gesteld - werd bekrachtigd door schepenen van 's Hertogenbosch 12 December 1732 in het protocol, gehouden door secretaris Jan van Heurn (R 's Hertogenbosch 1721, fol. 43r-46v). Beide overeenkomsten werden door schepenen van Heeze geregistreerd in de vorm van afschriften op 9 Januari 1733 (Rijksarchief 's Hertogenbosch, R Heeze 148, fol. 29r-40v).
-
voetnoot(8)
-
Kronijk van felle winters van het jaar 266 tot 1845 (MAGAZIJN VOOR ROOMSCH KATHOLUKEN, jrg. XI, p. 202. Den Haag, 1845).
-
voetnootb
- Door kronijkschrijver later toegevoegde notitle.
-
voetnoot(9)
- Aegidius of Dielis van der Voort van 1680 tot najaar 1728 pastoor te Heeze, stamde uit een Delftse familie (Rijksarchief 's--Hertogenbosch, R Heeze 151, protocol van allerhande acten, acte van 2 Mei 1696), werd 14 November 1680 geïnstalleerd te Heeze (Archief Bisdom 's-Hertogenbosch, Heeze Ib cepit pastoratum de Hees anno 1680, 14 mensis Novembris) werd van 1693 tot 1695 gevangen gehouden tempore captivitatis meae, terwijl Andreas van den Einden deservitor was (ibid.), werd in 1706 door Dalenoort en Steenoven bij de Bussy te Brussel voorgedragen voor de waardigheid van Apostolisch Vicaris van de Hollandse Missie, maar niet aanvaard omdat hij reeds 22 jaren uit Holland weg was (H. VAN HEUSSEN, Batavia Sacra, sive Res Gestae apostolicorum virorum, qui fidem Bataviae prinzi intulerunt in duas partes divisa, dl. II, p. 530. Bruxellis, 1714); A. VAN LOMMEL S.J., Besognes van de gecommitteerde Raden van de Ed. Gr. Mogende Heeren Staten van Holland en West-Vriesland 1705-1711 (BIJDRAGEN VOOR DE GESCHIEDENIS VAN HET BISDOM VAN HAARLEM, dl. III, p. 252-253. Haarlem, 1875); J. BRUGGEMAN, Inventaris van de Archieven bij het Metropolitaan Kapittel van Utrecht van de Roomsch Katholieke Kerk der Oud Bisschoppelijke Clerezie, p. 449, 453, 455. 's-Gravenhage, 1928), bezat de waardigheid van provicaris van den Bosch (Archief Bisdom Luik, Verslag van een kerkelijke visitatie in de Hermitage tot Achel dd. 28 Juni 1718 et antehac Provicario apostolico generali Sylvaeducensi; J. COPPENS, Nieuwe Beschrijving van het Bisdom van 's Hertogenbosch, dl. III, afd. 1, p. 100. 's Hertogenbosch, 1843; S. SCHOTTEN, De deputatie van Pieter Govaerts,
p. 135, 154, Nijmegen-Utrecht, 1941); en overleed in het klooster Sinus Mariae (Mariaschoot) dat van Ommel naar Nunhem was overgebracht (J. HABETS, Geschiedenis van het tegenwoordig Bisdom Roermond, dl. III, p. 708-710. Roermond, 1892). Cfr. L. SCHUTJES, Geschiedenis van het Bisdom 's Hertogenbosch, dl. IV, p. 106-107. St. Michiels-Gestel, 1873, en DR. R. POST, Romeinsche Bronnen voor den kerkelijken toestand der Nederlanden onder de apostolische vicarissen 1592-1727, dl. II, p. 670, n. 870. 's-Gravenhage, 1941; - Het overlijden van Aegidius van der Voort is niet te vinden in het Memorieboek van het Klooster Maria-Schoot te Nunhem 1626-1827 (Rijksarchief Maastricht, Aanwinsten 1933, IX-2).
-
voetnootb
- Door kronijkschrijver later toegevoegde notitle.
|