voor altijd met haar te verenigen: ze maakten van het tweetal één, dubbelslachtig wezen. Door medische auteurs als Galenos (2e eeuw n.C.) wordt met de term ‘Hermaphroditos’ een wezen met de geslachtskenmerken van beide seksen aangeduid.
Gezien het feit dat Hermaphroditos vanaf de 4e eeuw v.C. in de kunst wordt voorgesteld, moet het verhaal ouder zijn dan onze oudste bronnen: Diodorus Siculus en Ovidius (1e eeuw v.C.). Staande is hij zelden voorgesteld: naakt en dansend of met een kleed dat wordt opgehouden om het geslacht te laten zien. In sommige gevallen is het gezien de weke vormen van mannefiguren niet mogelijk de precieze identiteit uit te maken en kan verwarring met Apollo of Dionysos ontstaan. Een beeld uit het begin van de 1e eeuw v.C. in het Allard Pierson Museum te Amsterdam is gemodelleerd naar een staande Aphrodite. Liggend is hij vanaf de 2e eeuw veelvuldig voorgesteld (kopieën Parijs, Florence en Rome, rond 120 v.C.), soms terwijl hij verrast wordt door Pan die, hem ontblotend, terugdeinst. Een groep met een satyr die hem tracht te verkrachten uit de late 2e eeuw v.C. is in zeker twintig marmeren kopieën en uit de schilderkunst van Pompeii bekend.
In de nieuwe tijd is het verhaal onderwerp van gedichten van onder meer Beaumont 1602, Swinburne 1866, Annunzio 1885-89 en Stefan George 1907-09. Afbeeldingen van de verliefde Salmakis met Hermaphroditos komt voor in het werk van onder meer Gossaert ca. 1516-17 (Museum Boymans-van Beuningen Rotterdam), Spranger ca. 1581, Annibale Carracci (1597-1600, fresco Pallazzo Farnese Rome), Van Uyttenbroeck 1627, Saraceni 1606-07 (gekopieerd door Pynas ca. 1625 in een ets), Glauber 1677-80 (Rijksmuseum Amsterdam, uit Soestdijk), Navez 1829 (Museum voor Schone Kunsten Gent) en Beardsley (verschillende tekeningen 1893-98).
Moormann 1989; Raehs 1990.