Van Achilleus tot Zeus. Thema's uit de klassieke mythologie in literatuur, muziek, beeldende kunst en theater
(1995)–Eric M. Moormann, Wilfried Uitterhoeve– Auteursrechtelijk beschermdAlkmaion,zoon van Amphiaraos en Eriphyle. Deze Eriphyle, omgekocht door een geschenk van de belanghebbende Polyneikes, had haar echtgenoot Amphiaraos gedwongen tot deelname aan de veldtocht van de ‘Zeven tegen Thebe’ (»Polyneikes & Eteokles), een veldtocht die - zoals Amphiaraos had voorzien - fataal eindigde en alle aanvoerders het leven kostte. De enige die deze tocht overleefde was de koning van Argos, Adrastos. Tien jaar later bereiden de zonen van de omgekomen helden, de zogeheten ‘Epigonen’, een tweede veldtocht tegen Thebe voor, een wraakactie. Amphiaraos' zoon Alkmaion voelt niets voor deze expeditie. Opnieuw is het Eriphyle die hem ertoe overhaalt. Zijn deelname is blijkens een orakelspreuk voorwaarde voor de overwinning op Thebe. En ook deze keer is Eriphyle omgekocht, nu door Polyneikes' zoon Thersandros met het magische gewaad van Harmonia. De Epigonen behalen de overwinning op de Thebanen. Weliswaar komt een van hen, Aigialeus, zoon van Adrastos, op het slagveld om, maar de ziener Teiresias legt de bewoners van Thebe uit dat juist dit voor hen fataal zal blijken. De dood van de laatste overlevende uit de eerste expeditie, Adrastos, zal de val van Thebe teweegbrengen. Adrastos zal uit verdriet over de dood van zijn zoon sterven - hetgeen inderdaad gebeurt - en daarmee zal het lot van Thebe bezegeld zijn. De bewoners van Thebe ontvluchten, gehoord Teiresias, de stad, die door de Epigonen wordt ingenomen en geplunderd. Na de inname snoeft Thersandros dat hij de beslissende stoot heeft gegeven tot de expeditie en de overwinning: hij heeft Eriphyle omgekocht, zoals zijn vader Polyneikes dat tien jaar eerder gedaan heeft. Alkmaion, ontzet over de verraderlijkheid van zijn moeder, gaat het orakel van Delphi raadplegen en krijgt te horen dat zijn moeder de dood heeft verdiend. Hij verstaat dit als een machtiging of zelfs een opdracht om zijn moeder te doden, maar wordt na het plegen van deze moord meedogenloos opgejaagd door de »Erinyen. Tijdens zijn zwerftocht zoekt hij beschutting aan het hof van de koning van Psophis, Phegeus, en hij krijgt diens dochter Arsinoë tot vrouw. Hij schenkt haar de magische halsband en het magische gewaad van Harmonia. Opnieuw voortgejaagd door de Erinyen belandt hij bij de riviergod Acheloös. Hij wordt door deze gezuiverd van de moord en trouwt met diens dochter Kallirhoë. Zij eist van Alkmaion de aan het hof van Phegeus achtergelaten halsband en het gewaad van Harmonia op. Alkmaion keert terug naar het hof van Phegeus, verzwijgt zijn tweede huwelijk en wendt voor dat de twee zaken ter beschikking moeten worden gesteld van het heiligdom van Apollo in Delphi. Maar een dienaar verraadt aan Phegeus dat Alkmaion deze zaken aan zijn tweede vrouw wil schenken. Alkmaion wordt vervolgens gedood door Phegeus en diens zonen. Arsinoë, getuige van deze moord maar onwetend van de reden, vervloekt haar vader | |
[pagina 33]
| |
en broers. Kort daarop worden Phegeus en zijn zonen door de zonen van Kallirhoë en Alkmaion, die na een door Kallirhoë tot Zeus gericht verzoek versneld tot wasdom zijn gekomen, gedood.
De veldtocht van de Epigonen en de lotgevallen van Alkmaion vormen de afsluiting van een reeks van mythische vertellingen betreffende het Thebaanse koningshuis (zie voorts Kadmos, Laios, Oidipous, Polyneikes & Eteokles, Antigone), De Griekse teksten waarin de veldtocht van de Epigonen en de lotgevallen van Alkmaion worden behandeld, zijn verloren gegaan: de epische gedichten Epigonoi en Alkmaionis, Epigonoi-tragedies van Aischylos en Sophokles, een Eriphyle-tragedie van Sophokles en Alkmaion-tragedies van Sophokles en Euripides. We beschikken slechts over mededelingen bij Homeros en Pindaros en over late navertellingen van met name Apollodoros. In de beeldende kunst van de oudheid is de thematiek zelden aanwezig. Het gaat dan vooral om de door Alkmaion gepleegde moedermoord, voorgesteld op Griekse en Etruskische vazen. In de 18e eeuw zijn de perfiditeit en het lot van Eriphyle een enkele maal onderwerp van een toneelstuk (bijv. Voltaire 1732) of een opera (bijv. Monza/Gamerra 1785). In de beeldende kunst komt het thema hoogst zelden voor. Füssli 1824 beeldt het opjagen van Alkmaion door de Erinyen uit. Krauskopf 1974. |
|