Dagelijks leeven van een wel-gesteld Christen, uit-gebeeld in verscheide zang-versen
(ca. 1720)–David Montanus– AuteursrechtvrijWandelinge.35. Mijn wandeling in d'open' lugt,Ga naar margenoot+
Is tot genugt,Ga naar margenoot+
Aan alle mijne zinnen:
Mijn Geest van binnen
Smaakt de zoete vrugt:
All' uwe wegen Heer,Ga naar margenoot+
Zijn lieff'lijkheden,Ga naar margenoot+
Doe my die t'uwer Eer,Ga naar margenoot+
Met lust betreden.
Ik haat de breede paden.
Van des werelds lust,
Die slegts het vleesch verzaden,Ga naar margenoot+
Tot des Geests onrust:Ga naar margenoot+
| |
[pagina 22]
| |
Ga naar margenoot+In 't nauwe pad is Wellust,
Ga naar margenoot+Die de Ziele, vry van quel-rust,
Ga naar margenoot+Ten ruimen Hemel leid,
Ga naar margenoot+En vreugd in eeuwigheid.
|
|