Onze strijd(1875)–V.A. dela Montagne– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 67] [p. 67] Aan zekere lasteraars van onzen Volkschrijver H. Conscience. Wat heeft een kreet geklonken, vol geestdrift omme en rond, gewagend van ontvoogding, voor Vlaandrens dierbren grond? ontvoogding, recht en vrijheid, ontvoogding, plicht en eer! - vergeefs, zoo 't scheen! die tale verstaat ons volk niet meer! - Wat zong de zanger verder? van lang verscheiden tijd, wen Vlaandren door de waereld, beroemd was en benijd, van Breydel, Artevelde, van mannen vrij en vroom, die leden voor hun rechten en stierven zonder schroom! [pagina 68] [p. 68] ‘Gawee! dàt waren helden! gawee, dàt was een tijd, die tijd van de Gemeenten! dàt was een reuzenstrijd! gawee! dàt waren mannen! met moed en eedlen trots met stalen vuist en zielen onwrikbaar als de rots! O volk, ô volk van Vlaandren! is elke vonk gedoofd, hebt ge in uw arm geen macht meer, geen denkkracht meer in 't hoofd? en is 't een ras van dwergen, het kroost van 't voorgeslacht! vernederd door den vreemdling en straffeloos veracht!’ Hij zwijgt!... een dwerg sluipt nader, in 't Zuiden afgericht, hij hecht zich aan den zanger en slaat hem in 't gezicht, maar 't gansch 't ontwaakte volk schaart zich om d'ouden bard: 't volk dat zijn dichters huldigt heeft leven nog in 't hart! Vorige Volgende