Nieuw Nederlandsch biografisch woordenboek. Deel 10

[Steinmetz, Mr. Nicolaas Wilhelm Schroeder]

STEINMETZ (Mr. Nicolaas Wilhelm Schroeder), ged. te Groningen 28 Juli 1793, overl. aldaar 12 Nov. 1826, zoon van Frantz Friederich Christian, hiervóór, en van Joh. Soph. Gesina Schröder. Broeder van Lodewijk Adolf (dl. III, kol. 1200).

Hij studeerde in de rechten te Groningen, werd commies voor de financiën en militaire zaken in zijn geboortestad en Wordt ook wel vermeld als secretaris van den gouverneur van Groningen. Hij was buitengewoon begaafd op het gebied der muziek, theoretisch en practisch; bespeelde viool, alt, violoncel en klavier als weinigen en bezat een omvangrijke bibliotheek, van meer dan 800 muziekwerken. Hij was ook de oprichter van het tijdschrift Amphion. Behalve talrijke stukken voor enkel- en meerstemmige zangmuziek, al dan niet met begeleiding van piano, schreef hij: Vluchtige gedachten over de opera's Cosi fan Tutti en Freyschütz; Aanprijzing van geestelijke muziekwerken; Over het quartet en de uitvoering van hetzelve; Over Rossini, den componist van Tancredo; Brieven over de muzikale talenten van den Romeinschen keizer Nero; Losse gedachten van de verhouding van den

[p. 972]

toondichter tot den tooneelspeler; Aanprijzing van die Serapionsbrüder van E.T. Hoffmann en Proeve uit: der Dichter und der Componist; Bepaling van de denkbeelden van toon en toonkunst; De klarinettist Johan Hernstadt.

Hij stierf te Groningen aan de tering, oud 33 jaar. Bij zijn overlijden verscheen van prof. B.H. Lulofs: Lijkklagt op het overlijden van den beroemden toonkunstenaar S.S.

Zie: Gregoir, Les artistes-musiciens Néerl., 161, 162; Collot d' Escury, Holl. roem IV, st. II, 455.

Regt