werk van D.J. Köppen uit het Hoogduitsch: De bijbel, een werk van goddelijke wijsheid (Utrecht 1794). Verder verscheen van hem: Bijbelsche tafereelen van leerzame sterfgevallen en uiteinden in leerredenen (Amst. 1782, 1802); Leerredenen over de genoegens van den godsdienst (2e dr. Amst. 1806); Twee leerredenen (Amst. 1814); Nagelatene leerredenen (Amst. 1816). Ook gaf hij in het licht: Brief aan eene vriendin over den zin van 1 Joh. 3:1, 2 (Haarlem 1810), waarin hij zijn opvatting en vertaling van die plaats tegen een aanmerking van den hoogleeraar van der Palm in diens leerrede over dien tekst verdedigt. Ook gaf hij: Leerrede ter opwekking tot eene christelijke opvoeding van kinderen. Uitgesproken te Haarlem, 3 Oct. 1813 na den dood van een zijner dochters, waarbij gevoegd is een tweede leerrede, ter herinnering aan 's menschen broosheid en vergankelijkheid (2e dr. Amst. 1835); Kinderpreeken (Amst. 1849), 6 stuks, ook afzonderlijk. Op hem is een lijkzang gemaakt door A. Loosjes Pzn. en een 4-regelig grafvers van H. Polman onder een silhouet met graftombe.
Zijn portret werd gegraveerd door A. Serné, R. Vinkeles en een onbekende.
Zie: Ypey, Gesch. der Chr. kerk in de 18e eeuw, VIII, 680; Glasius, Godgeleerd Nederland (den Bosch 1856) III, 109-201; F. Muller, Catal. van portretten (Amst. 1853), 216.
Wumkes