[Rengers, Mr. Bernard Walraad van Welderen baron (1)]
RENGERS (Mr. Bernard Walraad van Welderen baron) (1), geb. te Sneek 29 Mrt. 1777, overl. te Leeuwarden 23 Sept. 1823, was de tweede zoon van E.S.G. Rengers (dl. III, kol. 1065) en W. de Beijer.
Hij werd 24 Sept. 1796 als student te Groningen ingeschreven, maar heeft geen diploma verworven. Toch werd hij 24 Febr. 1806 benoemd tot drost voor de grietenijen Rauwerd en Wijmbritseradeel en de stad IJlst. Dit was een rechterlijk ambt. De titel werd in 1807, ten einde verwarring met de toen ingevoerde titels landdrost en kwartierdrost te vermijden, veranderd in baljuw. Maar hij bleef toen geen baljuw, want hij werd 8 Mei 1807 benoemd tot kwartierdrost te Sneek. Na de inlijving bij Frankrijk werd hij bij Keizerlijk decreet van 19 Mei 1811 benoemd tot sous-préfet in hetzelfde kwartier, nu arrondissement geheeten. Hij bleef dit, tot de Souvereine Vorst in het begin van 1814 commissarissen voor de verschillende arrondissementen benoemde, waartoe hij niet werd uitgekozen.
Wel werd hij 29 Aug. 1814 tot lid der Provinciale staten van Friesland voor de edelen van Wijmbritseradeel benoemd, en 29 Juni 1816 tot grietman van die grietenij. Beide bleef hij tot zijn overlijden.
Zijn medeleden in de Staten kozen hem 27 Juni 1815 tot lid der dubbele Nationale vergadering