[Ranouw, Willem van]
RANOUW (Willem van), geb. te Brielle omstr. 1670, overl. te Amsterdam 1724, liet zich 12 Oct. 1696 inschrijven als student aan de hoogeschool te Franeker, vestigde zich als geneesheer te Winsum (Fr.), huwde te Franeker met Maria Boncamp (1700) en was aldaar inspector der burse (1704-09). Hij werd in 1707 burgemeester van Franeker, tevens was hij monstercommissaris van Friesland. In 1715 verwief hij den rang van med. doctor. Van hem verscheen: Kabinet der natuurlijke historiën, wetenschappen, konsten en handwerken, met Register (Amsterdam 1719-24; een 3de druk hiervan verscheen in 1758, 9 dln.); De Examinator, 4 dln. (Amst. 1719). Zijn Nagelaten Gedichten zijn uitgegeven na zijn dood door Alb. Lycklama à Nijeholt (Fran. 1731). Ook vertaalde hij uit het Latijn Kanaän en d'omliggende landen vertoont in een geographisch woordenboek (Leeuw. 1717); en uit het Fransch Het Leven van Johan Willem Friso, prince van Oranje, nevens de historie van den jongstleden oorlog (naar Is. Lamigue) (Amst. 1716), 2 dln.
Zie: Vriemoet, Athenae Frisiacae, 899-902; R. Visscher, Catalogus der stedel. bibliotheek van Leeuwarden (1932), 221; mijn Stads- en Dorpskroniek van Friesland (Leeuw. 1930) I, 30.
Wumkes