[Quarles van Ufford, jhr. Joan (1)]
QUARLES VAN UFFORD (jhr. Joan) (1), geb. te 's Gravenhage 7 Apr. 1783, overl. aldaar 19 Febr. 1849, was de vierde zoon van W. Quarles van Ufford en M. van Kuffeler.
Hij werd in 1811 adjunct-maire van 's Gravenhage en werd in Oct. 1813 met den maire, van Schinne, en het lid van den departementalen raad, van Oosthuyse van Rijsenburg, naar Parijs geroepen, om de regeering over den toestand in Nederland in te lichten. Zij kwamen eerst na het herstel der onafhankelijkheid in Nov. terug.
Op 29 Aug. 1814 werd hij bij Koninklijk besluit benoemd tot lid der Staten van Holland en 2 Jan. 1816 werd hij lid van den raad van 's Gravenhage.
Op 6 Juli 1819 werd hij door zijn medeleden gekozen tot lid van Gedeputeerde staten van Zuid-Holland. Op 23 Febr. 1824 werd hij, omdat 8 Jan. te voren bepaald was, dat het lidmaatschap van den raad niet vereenigbaar was met dat van Gedeputeerde staten bij de nieuwe benoeming van raadsleden niet herbenoemd.
Tot zijn overlijden was hij lid van de Staten en van Gedeputeerden.
Hij huwde 30 Apr. 1806 Hester Catharina Henrietta des Tombe, geb. 30 Aug. 1782, overl. 7 Febr. 1849, bij wie hij 2 zonen, van wie Joan (2) volgt, en 4 dochters, waarvan een jong stierf, had.
Ramaer