[Poll, Mr. Johan Wolters graaf van de]
POLL (Mr. Johan Wolters graaf van de), geb. te Amsterdam 2 Juni 1759, overl. aldaar 30 Jan. 1826, was de zoon van Mr. Jacobus van de Poll en Cornelia Jacoba Wolters.
Hij werd te Leiden 1 Oct. 1774 als student ingeschreven en promoveerde aldaar in de rechten 19 Juni 1779 op stellingen. Hij werd commissaris, in 1785 bewindhebber der West-Indische compagnie en directeur van Suriname, op 27 Nov. 1787 lid der vroedschap en tegelijk schout in zijn geboortestad. In den aanvang van 1795 werd hij uit al deze betrekkingen ontslagen.
Hij heeft zich tijdens en na de revolutie van 1795 afzijdig gehouden, maar toen hij er als zoovelen aan ging twijfelen of Nederland ooit weder zelfstandig zou worden, nam hij het ambt van lid van het Wetgevend lichaam, waartoe koning Lodewijk hem 25 Sept. 1806 benoemde, aan.
Op 12 Jan. 1808 werd hij, onder ontslag als lid van genoemd college, tot burgemeester der stad Amsterdam benoemd. Hij was zeer bevriend met den franschen gezant de la Rochefoucauld en doordat deze er op aan stuurde, dat ons land met Frankrijk vereenigd zou worden, wantrouwde Lodewijk, die vóór zijn verblijf te Parijs van Nov.