[Panhuys, Mr. Jan Ernst baron van]
PANHUYS (Mr. Jan Ernst baron van), geb. te Groningen 12 Juli 1808, overl. te 's Gravenhage 25 Oct. 1878, was de tweede zoon van jhr. Abraham van Panhuys en Bernardina Ernestina Hermanna Polman Gruys.
Hij werd 27 Dec. 1825 te Groningen als student ingeschreven, maar liet zich 14 Sept. 1830 te Leiden inschrijven, nam eenigen tijd later dienst in het mobiele leger, nam deel aan den Tiendaagschen veldtocht en keerde op het eind van 1831 te Leiden terug, waar hij 29 Juni 1833 in de rechten promoveerde op een dissertatie getiteld De tributis.
Hij werd advocaat te Groningen en 16 Sept. 1838 met ingang van 1 Oct. benoemd tot rechter in de arrondissements-rechtbank te Winschoten.
Op 15 Sept. 1840 kozen de Staten van Groningen hem tot lid van de Tweede Kamer. Hij behoorde hier tot de vooruitstrevende leden en was voorstander eener ruime grondwetsherziening en vond, dat men niet moest afwachten tot een voorstel daartoe door de regeering gedaan zou worden. Hij stemde dan ook voor het in overweging nemen van het vrij ver gaande voorstel der 9 mannen, hetwelk 30 Mei 1845 met 34 tegen 21 stemmen verworpen werd.
Hij verkreeg 6 Apr. 1848 op zijn verzoek eervol ontslag als rechter en ging te Groningen wonen.
Op 3 Nov. 1848 werd hij met ingang van 21 d.a.v. benoemd tot gouverneur van Friesland. Deze titel werd 13 Juli 1850 veranderd in commissaris des Konings. Op 16 Apr. 1849 werd hij benoemd tot curator der groningsche universiteit.
Hij heeft zeer nuttigen arbeid gedurende 30 jaren als hoofd der provincie Friesland gedaan. Van regeeringswege werden zijn diensten ook op prijs gesteld, zooals daaruit bleek, dat hij, die jonkheer was, ter gelegenheid van het 25-jarig jubilé van koning Willem III op 12 Mei 1874 den titel baron verkreeg.
Op zijn verzoek werd hem 6 Juni 1878 met ingang van 9 d.a.v. eervol ontslag verleend. Hij verhuisde toen naar 's Gravenhage, waar hij slechts kort heeft gewoond.
Hij huwde 17 Dec. 1838 jkvr. Maria Albertina Alberda van Ekenstein, geb. 6 Aug. 1816, overl. 17 Mei 1840, en 20 Dec. 1847 haar zuster jkvr. Anna Maria Catharina Alberda van Ekenstein, geb. 28 Mrt. 1819, overl. 23 Nov. 1867; bij de eerste had hij een zoon, bij de tweede 2 zonen, van wie één jong overleed, en 3 dochters, van wie 2 jong overleden.
Ramaer